6. Workflow > 6.6. Therapieplanning
6.6.5. De weefselgrens definiëren
Ga in de applicatie voor behandeling van de baarmoeder naar het tabblad Weefselgrens en
definieer de weefselgrens door de eerste lijn te verplaatsen naar de huidpositie en de tweede lijn
naar de vet-spiergrens.
1.
Begin met het bewerken van de weefselgrenzen door een van de lijnen te selecteren.
2.
Verplaats de weefselgrenzen door de lijnen of handgrepen te verplaatsen. Indien nodig kunt u
handgrepen toevoegen of verwijderen door op de lijn te dubbelklikken. Klik op Reset om de
weefselgrenslijnen terug te zetten naar de standaardpositie.
3.
Controleer of er voldoende water in de DISC zit. Een kromme huid-/membraangrens kan erop
wijzen dat het waterniveau te laag is.
4.
De weefselgrenslijnen moeten lang genoeg zijn om de transducerbundel in het omlijnde gebied
te houden bij alle toekomstige sonicaties. Wijzig indien nodig de lengte van de lijn door de
eindgreep te verslepen.
OPMERKING
Weefselgrenzen mogen elkaar niet snijden en er zijn ook enkele beperkingen voor het positioneren
ervan. Een rode kruismarkering geeft een ongeldige positie voor de grens aan tijdens het
bewerken van lijnen.
5.
Scroll door de beelden om de huidpositie en de vetspiergrens op alle slices te bekijken. De
huidige slice wordt rechtsonder weergegeven.
Gebruiksaanwijzing
109509A2 /
07-2021
Afb. 79: De weefselgrens definiëren
Afb. 80: Indicatie van ongeldige positie voor weefselgrens
114 (205)