SMA Solar Technology AG
1. De aansluitkabels van de PV-modules controleren
op correcte polariteit en eveneens controleren of
de maximale ingangsspanning van de omvormer
wordt aangehouden.
Bij een omgevingstemperatuur van meer dan
10 °C mag de nullastspanning van de PV-modules
niet meer dan 90 % van de maximale
ingangsspanning van de omvormer bedragen.
Controleer in ieder geval de configuratie van de
installatie en de onderlinge verbinding van de PV-
modules!
Bij lagere omgevingstemperaturen kan de
maximale ingangsspanning van de omvormer
anders overschreden worden.
2. Controleer de strings op een eventueel aardlek
zoals beschreven in hoofdstuk 11.2 "PV-generator
op aardlek controleren" (Pagina 94).
3. De Electronic Solar Switch op slijtage controleren
zoals beschreven in hoofdstuk 9.2 . De Electronic
Solar Switch tot de aanslag insteken als deze geen
slijtage of beschadigingen vertoont.
De Electronic Solar Switch tijdens de installatie
alleen met een geopend deksel insteken! Dit is
noodzakelijk om de beschermingsfunctie van de
geïntegreerde elektronische stringzekering te
activeren.
OPGELET!
Brandgevaar in PV-generator door falende herkenning van tegenstromen!
De geïntegreerde elektronische stringzekering bewaakt de PV-generator en beschermt de
generator tegen gevaarlijke tegenstromen. Om de elektronische stringzekering te
activeren, dient u als volgt te werk te gaan bij het aansluiten van de strings:
• Als er meer dan 2 strings op de omvormer worden aangesloten, ALTIJD EERST de
eerste string op ingang B aansluiten. Als er geen string op ingang B wordt
aangesloten, is de stringzekering niet actief.
• Elke string moet eenduidig aan de juiste stringingang worden toegewezen. De strings
niet kruislings bekabelen of samenvoegen. Zie voor de juiste toewijzing van de
strings de grafiek in hoofdstuk 6.4.1 "Voorwaarden voor de DC-aansluiting"
(Pagina 32).
Installatiehandleiding
Elektrische aansluiting
STP8-17TL-IA-INL112030
39