Inhoudsopgave
Advertenties
Inbouw-, bedrijfs- en onderhoudshandleiding
In de meeste gevallen is het doelmatig, indien
beschadigd absoluut noodzakelijk, de asafdichting te
vervangen.
Afzettingen op de waaier (230), in het spiraalhuis
(102V) of op het huisdeksel (161) moeten worden
verwijderd.
8.8.1 Dichtingsspleet bij waaier
Zuigzijde van de waaier
Aandrijfzijde van de waaier
Alleen bij pompmaat
100-65-315
125-80-315
125-100-315
150-125-315
Nom. diameter D (mm)
min. 0,15
nieuw
Radiale spleet
max. 0,19
s (mm)
versleten
Axiale spleet
nieuw
a (mm)
versleten
Zijn de waarden voor "versleten" bereikt of
overschreden,
onderdelen worden vervangen.
Bij spiraalhuizen (102V) met splitring (502.11) resp. bij
huisdeksels (161) met splitring (502.31) bestaan voor
het weer aanbrengen van de correcte spleet volgende
mogelijkheden:
a)
Waaier (230) en splitring vervangen. Hiermee
zijn de originele maten weer aanwezig.
b)
Splitringen
binnendiameter
originele spleetbreedte weer bereiken. Neem
a.u.b. contact op met de fabrikant.
Bij spiraalhuizen (102V) resp. huisdeksels (161)
zonder splitring kan in geval van reparatie ook
naderhand een splitring worden ingezet. Hiervoor is
echter
een
nabehandeling
spiraalhuis resp. in het huisdeksel noodzakelijk. Neem
a.u.b. contact op met de fabrikant.
LSB 100-dutch
Artikel nr. 771076132
Rugschoepen van de
waaier
100
60
155
85
120
68
175
135
0,17 0,20
0,22
0,22 0,24
0,27
0,78
0,85 0,90
1,05
0,8 - 1,2
max. 1,7
moeten
de
betreffende
met
dienovereenkomstige
vervaardigen
en
zo
(nadraaien)
in
8.9 Montage
8.9.1 Algemeen
De montage vindt in omgekeerde volgorde van de
demontage plaats, waarbij op het volgende gelet moet
worden:
Bij de montage moet erop worden gelet dat alles
uiterst schoon is.
Nauwe schuifpassingen, bijv. tussen steekas
(210) en motoras of waaier (230) en as (210)
alsmede schroefdraad eventueel met geschikte
glijmiddelen
insmeren, zodat de montage en ook de volgende
demontage eenvoudiger worden.
Glijmiddelen
gewaarborgd is dat er tussen persmedium en
glijmiddel geen gevaarlijke reacties kunnen
ontstaan
Schroeven moeten met volgende draaimomenten
worden aangehaald:
Schroefverbinding
Huisschroeven
Alle overige schroeven
Geen overdreven geweld gebruiken.
Montage van de steekas zie hoofdstuk 8.9.2.
220
Montage van de glijringdichting zie afzonderlijke
beschrijving
0,25
asafdichting" en hoofdstuk 8.5.
0,30
Bij waaiers met rugschoepen na de montage van
1,15
de waaier (230) en na vastdraaien van de
waaiermoer (922) de correcte axiale spleet tussen
rugschoepen en huisdeksel (161) controleren. Zie
hoofdstuk 8.8.1.
Na het assembleren van de loopeenheid en ook
na het inbouwen in het spiraalhuis de as draaien
en zo de lichtlopendheid van de pomp controleren.
De asafdichtingen veroorzaken een geringe
draaiweerstand, er mag echter geen contact
tussen metalen delen bemerkbaar zijn.
Vóór inbedrijfstelling in ieder geval weer alle
hulpleidingen
monteren resp. aansluiten en in bedrijf stellen.
de
8.9.2 Montage van de steekas
Afstelveer in de motorstomp leggen.
Motorasstomp met glijmiddel insmeren (zie punt
8.9.1).
Steekas zover op de motoras schuiven tot de
maat A bereikt is (zie afb. 11 en tabel).
het
Motoras door de radiale steekasboringen ca. 2-3
mm diep met een spiraalboor met 90° punt
verzinken (zie afb. 11).
Spanen uit het schroefdraadgat verwijderen (bijv.
met druklucht), schroefdraadpennen (904.41 en
904.42) erin schroeven en borgen (bijv. met
Omnifit 100 M of Loctite).
Blz. 16
Bouwserie LSB
(bijv.
Molykote
/
Never-Seeze)
echter
alleen
gebruiken,
Aanhaalmoment in Nm
Maat
Gesmeerde
schroefdraad
M12
35
M16
105
M20
210
M10
35
M12
60
M16
150
"Montagehandleiding
en
veiligheidsvoorzieningen
Uitgave 01/2010
als
Droge
schroefdraad
50
150
305
50
90
220
van
de
Revisie 02
Advertenties
Inhoudsopgave
