3. Selecteer Wijs toe als er nog geen nummer aan de toets is toegewezen, of
selecteer Opties > Wijzigen als dit wel het geval is.
4. Selecteer Zoeken en selecteer het contact dat u wilt toewijzen.
Als de functie Snelkeuze is uitgeschakeld, wordt gevraagd of u deze functie wilt
activeren.
Selecteer Menu > Instellingen > Oproepen > Snelkeuze > Aan of Uit.
Om een nummer te kiezen, houdt u een van de snelkeuzetoetsen ingedrukt totdat
het betreffende nummer gebeld wordt.
■ Spraakgestuurde nummerkeuze
Een oproep plaatsen door de naam uit te spreken die in Contacten is opgeslagen.
Spraakopdrachten zijn taalafhankelijk. Selecteer daarom voordat u een
spraakgestuurde nummerkeuze gaat uitvoeren Menu > Instellingen > Telefoon >
Spraakherkenning > Taal sprkherkenning, en uw taal. Volg de Spraakherk.training
via de instructies op het beeldscherm.
Opmerking: Het gebruik van spraaklabels kan moeilijkheden opleveren in een
drukke omgeving of tijdens een noodgeval. Voorkom dus onder alle
omstandigheden dat u uitsluitend van spraaklabels afhankelijk bent.
1. Houd in de standby-stand de rechterselectietoets ingedrukt. Er klinkt een korte
toon en Nu spreken wordt weergegeven.
2. Spreek de naam uit van het contact dat u wilt bellen. Als de ingesproken tekst
wordt herkend, wordt een lijst met gevonden items weergegeven. De telefoon
speelt de spraakopdracht af van het eerste item uit de lijst. Als het item onjuist
is, bladert u naar een andere vermelding.
■ Opties tijdens een gesprek
Veel opties die u tijdens gesprekken kunt gebruiken, zijn netwerkdiensten. Neem
contact op met uw serviceprovider voor informatie over beschikbaarheid van
netwerkdiensten.
Een serviceprovider kan bijvoorbeeld functies aanbieden voor
conferentiegesprekken en voor het plaatsen van gesprekken in de wachtstand.
Wachtfunctie
Selecteer Menu > Instellingen > Oproepen > Wachtfunctieopties > Activeer als u
wilt worden gewaarschuwd wanneer er een inkomende oproep is terwijl u in
gesprek bent (netwerkdienst).
19