Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Beschikbare talen

Beschikbare talen

2
BEDIENINGSELEMENTEN
L. Alarm
Het
geluidsalarm
waarschuwingslampjes (N, Y), tot taak om de
bestuurder te attenderen op omstandigheden die
onmiddellijke aandacht vereisen. Zie Hoofdstuk 2.4.
M. Controller/Smeltveiligheden
De controller bevindt zich onder de achterkap, direct
achter de bestuurdersplaats, en bevat vier LED-banken
ten behoeve van controle van en foutopsporing in het
elektrisch systeem van de maaier. Zie de Onderdelen-
en onderhoudshandleiding.
2.3

REGELPANEEL ___________________________________________________________

N. Waarschuwingslampje hydrauliekoliepeil
Dit attendeert de bestuurder op een laag
vloeistofpeil in de hydraulische tank. Het lampje
werkt in combinatie met het alarm.
Hoofdstuk 2.4.
LET OP
Het waarschuwingslampje zal blijven branden zolang
een
laag
oliepeil
wordt
geluidsalarm wordt geactiveerd als gevolg van een laag
oliepeil, kan het worden uitgeschakeld door schakelaar
(O) in de OFF-stand (UIT) te zetten.
O. Schakelaar hydrauliekoliepeil
Deze schakelaar wordt gebruikt om het alarmsysteem
te testen of te inactiveren nadat een laag oliepeil is
ontdekt. Houd de schakelaar in de ON-stand (AAN)
tijdens het starten en bedienen van de maaier. Om het
alarm te testen, dient de schakelaar in de OFF-stand
(UIT) te worden gezet en de contactsleutel naar de ON-
stand (AAN) te worden gedraaid. Zie Hoofdstuk 2.4.
P. Hefhendel van de maaier
De maaierhendel tilt de maaiers op en laat ze zakken
en werkt in zowel de automatische als de handmatige
modus. Duw de hendel naar voren om de maaiers te
laten zakken, trek de hendel naar achter om de maaiers
op te tillen.
Handmatige modus - zet de maaierschakelaars (Q,
AA, AB) in de OFF-stand (UIT). In deze stand worden
alle maaiers opgetild of neergelaten als er druk op de
hefhendel wordt toegepast. Om de middelste maaier
omhoog
of
omlaag
bedieningshendel
gehouden. Om de linker- of rechtermaaier omhoog of
omlaag te brengen, dient de bedieningshendel naar de
betreffende kant te worden bewogen.
Automatische
modus
maaierschakelaars (Q, AA, AB) in de VOORWAARTS-
stand
of
ACHTERWAARTS-stand
automatische modus zakken de maaiers en start de
eenheid automatisch na een voorwaartse beweging van
8
heeft,
samen
met
waargenomen.
Als
te
brengen,
moet
in
de
middenpositie
(7
Gang)
-
(op).
Twee zekeringen van het grijperschoptype bevinden
zich op de controller. Om deze te kunnen vervangen,
de
dient het voorpaneel van de controller te worden
verwijderd.
Onderhoud en reparatie van het elektrisch systeem moet
worden uitgevoerd door een bevoegd monteur. Alvorens
smeltveiligheden te vervangen, dient de maaier te
worden uitgeschakeld en de contactsleutel te worden
de hefhendel. In deze modus worden de maaiers alleen
opgetild
achterwaartse beweging van de hefhendel. Om alledrie
Zie
de maaiers te heffen of te laten zakken, dient de
bedieningshendel in de middenpositie te worden
gehouden. Om de linker- of rechtermaaier omhoog of
omlaag te brengen, dient de bedieningshendel naar de
betreffende kant te worden bewogen.
Houd om de maaiers in hun transportpositie op te tillen,
het
de hendel vast totdat de maaiers volledig zijn opgetild.
N.B.:
automatische modus, die ongeveer 3 seconden duurt,
zal
het
tegenovergestelde richting alle maaiers uitschakelen.
De handmatige modus start op voor de gekozen positie.
Q. Middelste maaierschakelaar
De middelste maaierschakelaar is een wipschakelaar
met 3 standen en een neutrale vergrendelstand. Met
deze schakelaar kunnen de maaieenheden voorwaarts
of achterwaarts draaien. De maaierhendel (P) op
handbediening of automatisch te zetten. Zet de
maaischakelaar in de OFF (UIT) (middelste) stand bij
het starten van de tractor.
Voorwaarts – Duw de schakelaar naar de
VOORWAARTS (maai)stand om te maaien. Met
de schakelaar in deze stand beginnen de
maaieenheden automatisch wanneer ze omlaag
gebracht worden en stoppen ze wanneer ze omhoog
gebracht worden. Zet de schakelaar weer terug in de
middelste stand om de maaieenheden uit te schakelen.
achterwaartse draairichting gebruikt worden
de
voor de slijpprocedure, het gebruik van verticale
worden
maaiers, het verwijderen van grasophopingen in
de maaieenheden of voor het verwijderen van
voorwerpen die de maaieenheden blokkeren. Zet de
schakelaar in de ACHTERWAARTS-stand om de
bladen achterwaarts te laten draaien.
zet
de
Bij de slijpprocedure moet de parkeerrem aangetrokken
zijn en zowel de middelste maaierschakelaar (Q) als de
In
de
slijpschakelaar (K) moeten in de achterwaartse stand
staan.
handleiding.
!
VOORZICHTIG
verwijderd.
naar
een
"tussenpositie"
In
een
cyclus
heffen/neerlaten
bewegen
van
de
Achterwaarts – De maaier kan in de
Zie
de
Onderdelen-
met
een
van
de
hefhendel
in
de
en
onderhouds-

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Jacobsen lf 4677 turbo

Inhoudsopgave