Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Programmabegrenzing (P4); Speciale Cyclus In De Bedrijfsmodi 2- En 4-Takt Speciaal (P5); Speciale Jobs Sp1 Tot Sp3 Vrijgeven (P6); Correctiebedrijf, Instelling Van Grenswaarden (P7) - EWM HIGHTEC WELDING PHOENIX 301 EXPERT forceArc Bedieningshandleidingen

Inhoudsopgave

Advertenties

5.10.1.7 Programmabegrenzing (P4)

Het aantal van de absoluutprogramma's kan naar boven worden begrensd.

5.10.1.8 Speciale cyclus in de bedrijfsmodi 2- en 4-takt speciaal (P5)

In de „normale" cyclus van de 2Ts/4Ts start de installatie met het startprogramma Dvstart en gaat
aansluitend naar het hoofdprogramma DV2.
In de „DV3-cyclus" van de 2Ts/4Ts start de installatie met het startprogramma Dvstart en gaat vervolgens
naar het kortere hoofdprogramma DV3, blijft daar gedurende de tijd T3 en schakelt automatisch naar het
hoofdprogramma DV2. Er staat dus een extra programma tot de beschikking van de cyclus.

5.10.1.9 Speciale jobs SP1 tot SP3 vrijgeven (P6)

Deze functie is niet op de apparaatbesturing M3.71 beschikbaar.
De job-omschakeling is geblokkeerd als de sleutelschakelaar op de positie "0" staat.
Deze blokkering van de speciale jobs (SP1 - SP3) is op te heffen.

5.10.1.10 Correctiebedrijf, instelling van grenswaarden (P7)

Het correctiebedrijf wordt voor alle jobs en desbetreffende programma's gelijktijdig in- of uitgeschakeld.
Voor elke job wordt een correctiebereik voor draadtoevoersnelheid (DV) en lasspanningscorrectie (Ucorr)
aangegeven.
De correctiewaarde wordt voor elk programma afzonderlijk opgeslagen. Het correctiebereik kan maximaal
30% van de draadsnelheid en +-9,9 V lasspanning bedragen.
Voorbeeld voor het werkpunt in correctiebedrijf:
De draadsnelheid in een programma (1 tot 15) wordt op 10,0 m/min ingesteld.
Dat komt overeen met een lasspanning (U) van 31,0 V. Zet men nu de sleutelschakelaar op de positie "0"
dan kan men in dit programma uitsluitend met deze waarden lassen.
Moet de lasser in het programmabedrijf ook draad- en spanningscorrecties uitvoeren, dan moet het
correctiebedrijf ingeschakeld zijn en moeten grenswaarden voor draad en spanning worden ingegeven.
Instelling correctiegrenswaarde = DVgrens = 20 % / Ugrens = 1,9 V
Nu kan men de draadsnelheid en de lasspanning respectievelijk met 20 % (8,0 tot 12 ,0 m/min) en +/-1,9
V (3,8 V) corrigeren.
In het voorbeeld wordt de draadsnelheid op 11,0 m/min ingesteld. Dat komt overeen met een lasspanning
van 32,8 V
Nu is de lasspanning met nog een extra van 1,9 V (30,9 V en 34,7 V) te corrigeren.
Wanneer de sleutelschakelaar in stand "1" wordt geplaatst, worden de waarden voor correctie van
spanning en draadsnelheid gereset.
Art.nr.:099-004833-EWM05
Beschrijving van de werking
Overige functies van de besturing van het draadtoevoerapparaat
Afbeelding 5-40
91

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave