Veiligheidsrichtlijnen
Voor uw veiligheid
Het werkstuk, rondspattende vonken en druppels zijn heet!
•
Houd kinderen en dieren op afstand van de plaats waar gewerkt wordt. Hun gedrag is niet
berekenbaar.
•
Verwijder reservoirs met brandbare of explosieve vloeistoffen van de plaats waar gewerkt wordt. Er
bestaat brand- en explosiegevaar.
•
Verhit geen explosieve vloeistoffen, stoffen of gassen door het lassen of snijden. Explosiegevaar
bestaat er ook als schijnbaar ongevaarlijke stoffen in gesloten reservoirs door verhitting een overdruk
kunnen opbouwen.
Pas op voor de vorming van vlammen!
•
Elke vorming van vlammen dient te worden uitgesloten. Vlammen kunnen zich bijv. bij rondspattende
vonken, gloeiende onderdelen of bij hete slakken vormen.
•
Er moet voortdurend worden gecontroleerd of er zich op de plaats waar wordt gewerkt geen
brandhaarden hebben gevormd.
•
Licht ontvlambare voorwerpen zoals lucifers en aanstekers mogen niet in de broekzak worden
gedragen.
•
Men dient er zich van te overtuigen dat er – voor de lasmethode geschikte – blusapparatuur ter
beschikking staat die zich in de buurt van de plek waar gelast wordt bevindt en waartoe men
gemakkelijk toegang heeft.
•
Reservoirs waarin zich reeds brandstoffen of smeermiddelen bevonden, moeten vóór het begin van de
laswerkzaamheden grondig worden schoongemaakt. Daarbij is het niet voldoende dat het reservoir
alleen maar leeg is.
•
Na het lassen van een werkstuk mag dit pas worden aangeraakt of in contact worden gebracht met
ontvlambaar materiaal als het voldoende is afgekoeld.
•
Rondzwervende lasstromen kunnen aardleidingssystemen van huisinstallaties volledig vernielen en
branden veroorzaken. Overtuig u er vóór het begin van de laswerkzaamheden van dat de massatang
goed aan het werkstuk of de lastafel is bevestigd en er een directe elektrische verbinding van het
werkstuk naar de stroombron bestaat.
Lawaai dat 70 dBA overschrijdt, kan duurzame beschadiging van het gehoor veroorzaken!
•
Draag geschikte oorbeschermers of oordopjes.
•
Let erop dat andere personen die zich in de buurt van de plaats waar gewerkt wordt ophouden, geen
last van het lawaai hebben.
Storingen door elektrische en elektromagnetische velden zijn bijv. door het lasapparaat of door de
hoogspanningspulsen van de ontsteker mogelijk.
•
Overeenkomstig de norm EN 50199 voor Elektromagnetische Compatibiliteit (EMC) zijn de apparaten
voor het gebruik in industriegebieden bedoeld; als ze bijv. in woongebieden worden gebruikt, kunnen
er moeilijkheden optreden als de elektromagnetische compatibiliteit moet worden gegarandeerd.
•
De werking van pacemakers kan bij verblijf in de buurt van het lasapparaat nadelig worden beïnvloed.
•
Verkeerde reacties van elektronische installaties (bijv. computer-, CNC-apparatuur) in de buurt van de
lasplaats zijn mogelijk.
•
Andere netvoedingskabels, besturingskabels, signaal- en telecommunicatieleidingen boven, onder en
naast de lasinrichting kunnen worden gestoord.
Elektromagnetische storingen moeten zodanig worden gereduceerd tot ze niet meer storen.
Mogelijke maatregelen ter vermindering:
•
lasapparatuur dient regelmatig te worden onderhouden, (zie hfdst. onderhoud en schoonmaken)
•
lasleidingen dienen zo kort mogelijk te zijn en dicht bij elkaar of in de buurt van de vloer te lopen,
•
het selectief afschermen van andere leidingen en inrichtingen in de omgeving kan instralingen
verminderen.
Reparaties en modificaties mogen uitsluitend door geautoriseerd en geschoold technisch
personeel worden uitgevoerd!
Bij onbevoegde ingrepen vervalt de garantie!
10
Art.nr.:099-004833-EWM05