OS 3030
Meldingen
Als voor een bepaalde melding is geprogrammeerd dat de installatie wordt uitgeschakeld (bijv. gelei-
dendheidsgrens MIN) of als de uitschakeling vast ligt (bijv. motorveiligheidsschakelaar), kan de mel-
ding op het LCD-display pas worden gewist als de fout niet meer bestaat.
Bij enkele foutmeldingen kunt u de installatie ook inschakelen als de fout nog bestaat. In dat geval
wordt de foutmelding gewist en de interne vertragingstijd voor de melding gereset. Als de fout na af-
loop van de vertragingstijd nog bestaat, volgt er opnieuw een melding.
Bij de signalen "externe schakelaar" en "signaal stop" kan de installatie handmatig weer worden inge-
schakeld. Daarbij wordt de betreffende ingang tot de volgende deactivering genegeerd.
Als voor een melding tegelijkertijd de ingebouwde zoemer of een alarmrelais is geprogrammeerd,
wordt de foutindicatie niet automatisch gewist.
U kunt een melding wissen door de toets
Geleidendheidsgrens MIN
G r e n s
C D
o n d e r
d e
De geleidendheids-ondergrens is langer dan
60 seconden overschreden.
Als bij programmastap 1.4 de uitschakeling
van de installatie is geprogrammeerd, moet zij
handmatig weer worden ingeschakeld met
behulp van de „ON"-toets.
Mogelijke oorzaken: verandering van de wa-
terkwaliteit, lucht bij de meetsonde, elektrische
onderbreking naar meetsonde.
Geleidendheidsgrens MAX
G r e n s
C D
o v e r s c h r e d e n
De geleidendheids-bovengrens is na afloop
van de bij programmastap 1.8 ingevoerde ver-
tragingstijd overschreden.
Als bij programmastap 1.7 de uitschakeling
van de installatie is geprogrammeerd, moet zij
handmatig weer worden ingeschakeld met
behulp van de "ON"-toets.
Mogelijke oorzaken: verandering van de wa-
terkwaliteit, instelwaarden van installatie ver-
anderd, CD-module defect, meetsonde kortge-
sloten.
Meldingen
. in te drukken.
M I
N
g r e n s w .
M A X
Signaal overdruk
S i
g n a a l
O v e r d r u k
De ingang "overdruk" werd geactiveerd. De
installatie wordt uitgeschakeld.
U moet de installatie handmatig weer inscha-
kelen met behulp van de "ON"-toets.
Mogelijke oorzaken: instelwaarden van de
installatie werden veranderd, modulen veront-
reinigd, concentraat-spoelafsluiter gesloten.
Mogelijke oorzaak: geen ruwwaterdruk, ver-
stopte voorfilters.
Signaal motorveiligheid
S i
g n a a l
M o t o r b e v e i
De in het frontpaneel ingebouwde motorveilig-
heidsschakelaar werd geactiveerd.
De installatie wordt uitgeschakeld.
U kunt de installatie direct weer inschakelen
met behulp van de "ON"-toets.
Mogelijke oorzaken: instelwaarden van de
installatie werden veranderd, fout in de installa-
tie, motor overbelast.
11
l
i
g i
n g