11.4 Schema 4
Afb.
22 Schema met warmtebuffer B
S type CT4, 4 – warmtebuffer, 5 – pomp van de schoorsteen bestuurd door schoorsteenregelaar, 6 – sensor
H0-S type CT4, 7 – schoorsteen met watermantel, 8 – watertemperatuursensor van het regelbare CIRCUIT
H2, 9 – pomp van het regelbare Circuit H2, 10 – elektrisch cilinder van het regelbare CIRCUIT H2, 11 –
schoorsteenregelaar,
terugkomst.
Parameter
Hydraulisch schema
Keuze
Temperatuur
die
de
warmtebron uitschakelt
Temperatuur
van
pompstart
Temperatuur van de afkoeling
Maximale temperatuur
Beschrijving: De pomp (2) werkt met de ketel (1) samen. Als de ketel (1) uitschakelt, gaat de pomp (2) met
een vertraging van 5 min ook uitschakelen. Als de schoorsteensensor (6) tot de temperatuur (35C) opwarmt,
schakelt de ketel (1) uit alsook de pomp (2) met 5 min. vertraging. De pomp (5) wordt door de
schoorsteenregelaar (11) bestuurd. Als de temperatuur van de sensor (6) boven 92C stijgt, gaat de overschot
van de warmte aan de verwarmingscircuits en WGW worden overdragen. De pomp (9) schakelt uit als de
temperatuur van de sensor (3) beneden 25C daalt.
4
Dit hydraulisch schema vormt geen ontwerp van de installatie van centrale verwarming en heeft alleen een informatieve
functie!
4
, waarin: 1 – ketel, 2 – pomp (OUT-A), 3 – temperatuursensor H1-
12 – thermostatisch ventiel voor de bescherming van de temperatuur van de
Instelling
3
menu serviceinstellingenSysteem
Schoorsteen menu serviceinstellingenSysteemAanvullende warmtebron
hoofd
35C
menu serviceinstellingenSysteemAanvullende warmtebron
de
55C
menu serviceinstellingen Systeem Aanvullende
warmtebron
92C
menu serviceinstellingen Systeem Aanvullende
warmtebron
25C
menu serviceinstellingen Systeem Hoofd warmtebron
MENU
33