De noodzakelijke waterhoeveelheden, waterkwaliteit en watertemperaturen staan
vermeld in het montageschema.
De waterkwaliteit moet ook aan de eisen van het samenwerkingsverband "Commercieel
vaatwassen" voldoen.
De meeste machines worden met een warmteherwinning of een warmtepomp uitgevoerd.
Voor een optimaal rendement van deze voorzieningen moet de toevoertemperatuur van
de waterleiding die het glansspoelen verzorgt, zo laag mogelijk worden gehouden (in het
ideale geval ca. 10 °C). Schommelende toevoertemperaturen (zomer/winter) dienen te
worden voorkomen.
Warmer toevoerwater heeft niet alleen een negatief effect op het rendement van de
warmteherwinning en van de warmtepomp, maar maakt oof de afvoerluchtomstandigheden
van de machine slechter.
Wanneer met het verswater ook kleppen in de machine worden gestuurd, is er een
minimale s t r o m i n g s druk noodzakelijk. Noodzakelijke drukwaarden en hoeveelheden
staan vermeld in "Voorschriften en richtwaarden".
7.8
Waterafvoer
De aansluiting voor het afvalwater moet volgens DIN 1986 en rekening houdende met de
plaatselijke voorschriften worden uitgevoerd.
Een reiniging van de vuilzeef is zonder afsluiten van de
bouwzijdse watervoorziening mogelijk.
De watertoevoer wordt afgesloten door het onderste gedeelte
waarin de vuilzeef zit los te draaien.
Op die manier kan de vuilzeef bij het onderhoud zonder meer
worden gereinigd.
(Deze afsluitfunctie kan ook als sluitklep voor
servicewerkzaamheden worden gebruikt.)
Alle waterafvoeren van de machine moeten met een
voldoende gedimensioneerde stankaflsuiter aan het
afwaternet van de keuken worden aangesloten.
Bij de materiaalkeuze voor pijpen, afdichtmateriaal enz.
dient er rekening mee te worden gehouden dat de
afvalwatertemperatuur 70 - 75°C kan bedragen. Bovendien
kan de pH-waarde afhankelijk van het soort en de
concentratie van het reinigingsmiddel tussen 3 en 12
liggen, d.w.z. de materialen moeten zuur- en loogbestendig
zijn. Sluit afvoerpijpen in het gebouw volgens de instructies
op het montageschema aan.
19 / 44
9677278