LET OP - Als de machine goed gebruikt wordt, is het
een snel, handig en doelmatig werkinstrument; als
de spuit niet op de juiste manier of zonder de nodige
voorzorgsmaatregelen gebruikt wordt, kan het een
gevaarlijk werktuig worden. Opdat u altijd prettig
en veilig kunt werken de hierna in de loop van de
handleiding volgende.
WAARSCHUWING: Het voedingssysteem van uw toestel
produceert een elektromagnetisch veld met zeer lage
intensiteit. Dit veld kan interferentie veroorzaken met
bepaalde pacemakers. Om het risico op ernstig letsel
of overlijden zo klein mogelijk te houden moeten
personen met een pacemaker hun eigen arts en de
fabrikant van de pacemaker raadplegen voordat ze
dit apparaat gebruiken.
WAARSCHUWING! – Nationale reglementeringen
kunnen bepalingen omvatten die het gebruik van de
machine beperken.
1.
Lees aandachtig de instructies op de etiketten van de
machine en volg deze nauwkeurig op (zie pag. 4).
2.
Zich ervan overtuigen, dat niemand, in het bijzonder
kinderen, zich binnen het bereik van de grasmaaier
bevindt (Fig. 1).
3.
De grasmaaier niet laten gebruiken door personen die
er noch de leeftijd, noch de ervaring, noch de nodige
lichamelijke kracht voor hebben of wanner u alcohol,
drugs of medicijnen heeft gebruikt (Fig. 2).
4.
Als de motor loopt, handen en voeten buiten bereik van
het maaimes houden (Fig. 3).
5.
Denk altijd aan uw veiligheid en kleed uzelf
dienovereenkomstig. Draag altijd stevige schoenen,
nooits sandalen. Draag altijd een veiligheidsbril of een
andere oogbescherming tijdens het werk.Draag altijd een
10
1
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
lange broek tijdens het maaien (zie pag. 16-17).
6.
Zorg ervoor, dat u volledig op de hoogte bent met het
juiste gebruik en de bediening van de grasmaaier en in
het bijzonder hoe men deze kan uitschakelen in geval
van nood.
7.
Zich er altijd van overtuigen, dat alle bouten, moeren en
schroeven van de grasmaaier goed vast zitten (Fig. 4).
8.
De grasmaaier alleen gebruiken, nadat u zich
ervan overtuigd heeft, dat alle veiligheids- en
beschermingselementen goed gemonteerd zitten.
9.
Alvorens de grasmaaier te laten staan de motor stoppen
en zich ervan overtuigen, dat alle draaiende onderdelen
stil staan.
10.
Blokkeer de achterste deflector nooit in opwaartse positie
(Fig.5).
11.
Als men de grasmaaier onbewaakt laat staan, de motor
stoppen en de grasmaaier op een vlakke plek zetten.
12.
De plaatselijke wetgeving kan beperkingen bevatten
betreffende de leeftijd van de gebruiker en het gebruik
van de grasmaaier onder bepaalde omstandigheden.
13.
Vergeet niet dat de eigenaar of de gebruiker aansprakelijk
is voor ongevallen of risico's geleden door derden of voor
schade aan goederen.
14.
Trek de stekker uit het stopcontact: iedere keer als u de
grasmaaier onbeheerd achterlaat, voordat u de messen of
de afvoer vrijmaakt, voordat u de zak verwijdert, voordat
u de grasmaaier schoonmaakt of repareert, indien de
gracmaaier vreemd begint te trillen (controleer meteen)
en nadat hij op een habd voorwerp is gebotst. Controleer,
voordat u de grasmaaier opnieuw start of gebruikt, of hij
beschadigd is en laad hem zo nodig repareren (Fig. 6).
15.
Verzeker u ervan dat hierbij alleen originele snijsystemen
zijn gebruikt (Fig. 7).
16.
Voor het gebruik altijd met het oog het mes, de bout van
het mes en het maaiapparaat in zijn geheel inspecteren
op slijtage of beschadigingen.
17.
H o u d a l l e e t i k e t t e n m e t g e v a a r - e n
2
Nederlands
3
veiligheidssignaleringen in perfecte conditie. Als
ze beschadigd of onleesbaar worden, moeten ze
onmiddellijk worden vervangen (zie pag.4).
18.
Gebruik de machine niet voor andere doeleinden dan die
in de handleiding worden aangegeven (zie pag. 28).
19.
Altijd onze instructies voor de onderhoudswerkzaamheden
opvolgen.
20.
Werk niet met een beschadigde, slecht gerepareerde,
slecht gemonteerde of eigenhandig gewijzigde machine.
Geen enkele veiligheidsvoorziening verwijderen,
beschadigen of uitschakelen.
21.
Nooit zelf werkzaamheden of reparaties uitvoeren, die
niet tot het normale onderhoud behoren. Zich alleen
tot gespecialiseerde en geautoriseerde werkplaatsen
wenden.
22.
Als u de machine wegdoet, mag u deze niet in het milieu
achterlaten, maar dient u het apparaat in te leveren bij uw
leverancier of bij een afvalverwerkingscentrum.
23.
Geef of leen de machine uitsluitend aan ervaren
personen die op de hoogte zijn van de werking en
het juiste gebruik ervan. Ook de handleiding met de
gebruiksaanwijzingen meegeven om te lezen alvorens
met het werk te beginnen.
24.
Zich altijd tot uw verkoper wenden voor iedere verdere
uitleg of noodzakelijke ingreep.
25.
Deze Hendleiding zorgvuldig bewaren en raadplegen
voor ieder gebruik van de machine.
26.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen
(waaronder begrepen kinderen) met verminderde fysieke,
zintuiglijke gesteldheid of een gebrek aan ervaring en
kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor
hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van
een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over
het gebruik van het apparaat. Houd toezicht op kinderen
om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
4