Gebruik van een pedaal
Door een pedaal aan te sluiten kunt u diverse effecten aan uw uitvoering toevoegen door middel van
bediening van het pedaal. De PEDAL1 aansluiting is compatibel met schakelaarpedalen die reageren
op loslaten en de PEDAL2/EXPRESSION aansluiting is compatibel met zowel volumepedalen als
schakelaarpedalen die de hoeveelheid indrukking detecteren.
Bij dit Digitale Keyboard wordt geen pedaaleenheid geleverd. U kunt deze afzonderlijk aanschaffen.
• U kunt een pedaal ook gebruiken voor het veranderen van de registratie-instellingen. Zie
van het pedaal voor het achter elkaar oproepen van de instellingen
NL-143) voor details.
Gebruik van een schakelaarpedaal
1.
Sluit het pedaal aan op de PEDAL1 of PEDAL2/EXPRESSION aansluiting.
• Bij de standaardinstellingen is de pedaal-aanhoudfunctie aan de PEDAL1 aansluiting
toegewezen, zodat het pedaal als een demppedaal kan worden gebruikt.
• Bij de standaardinstellingen is de zachtfunctie aan de PEDAL2/EXPRESSION aansluiting
toegewezen, zodat het pedaal als een zachtpedaal kan worden gebruikt.
2.
Trap het pedaal in en laat het los terwijl u op het keyboard speelt.
• Bij de pedaal-aanhoudfunctie worden de noten aangehouden zolang als u het pedaal ingetrapt
houdt, ook als u de klaviertoetsen loslaat.
• Bij de zachtfunctie zijn de noten wat stiller en zachter terwijl u het pedaal intrapt.
■ Veranderen van de functie van het schakelaarpedaal
1.
Druk op MENU.
Het menuscherm verschijnt.
2.
Gebruik U en I om het menu van de 5 toetsen te selecteren dat PEDAL bevat.
Regelen van het geluid van een uitvoering
NL-39
(Registratiereeks)" (pagina
"Gebruik