Werking
Branderautomaat TCH 1xx
Symbool
Fasen werkingsverloop:
1: Geen spanning
2: Spanningsvoeding aanwezig,
geen warmteverzoek
3: Warmteverzoek:
sproeierlijnverwarming
ingeschakeld
De knop R
... veroorzaakt ...
indrukken
gedurende ...
... 1 seconde ... Ontgrendelen van de
automaat
... 2 seconden...
Vergrendelen van
de automaat
... 9 seconden...
Wissen van de
statistieken van de
automaat
A4
Scherm
BP1 Drukknop 1
Opvraging: Storingscode
BP2 Drukknop 2
Opvraging: Waarden
Benaming
Wacht op warmteverzoek
Wacht op de sproeierlijnverwarming
(voor branders met sproeierlijnverwarming)
Brandermotor ingeschakeld
Ontsteking in
Vlam aanwezig
4: Voorventilatie: motor
ingeschakeld, ontsteking
ingeschakeld
4': Parasietlichtbewaking
5: Branderstart: magneetventiel
open, vlamvorming,
veiligheidstijd
03/2011 - Art. Nr. 4200 1016 4000C
De oliebranderautomaat TCH 1xx stuurt
en bewaakt de aangeblazen brander.
Door het microprocessorgestuurde
programmaverloop worden uiterst
stabiele tijden bereikt, die onafhankelijk
zijn van schommelingen in netspanning
en omgevingstemperatuur. De
branderautomaat is niet gevoelig voor
onderspanning. Als de netspanning
onder de vereiste minimumwaarde ligt,
schakelt de automaat uit zonder
storingssignaal. Nadat weer een
normale spanning is bereikt, start de
automaat weer automatisch.
Vergrendeling en ontgrendeling
De automaat kan via de resetknop R
worden vergrendeld (in storingstoestand
gebracht) en worden ontgrendeld (uit
storingstoestand gehaald), op
voorwaarde dat netspanning
voorhanden is op de automaat.
Voor het in- of uitbouwen van de
automaat moet het apparaat
spanningsvrij worden gemaakt. De
automaat mag niet worden
geopend of gerepareerd.
6: Vlam aanwezig,
naontstekingstijd
7: Branderwerking
8: Einde van het warmteverzoek,
magneetventiel sluit, brander
stopt
9: Stand-by
nl
5