SM - Selectie werkwijze inrichting aangesloten op de klemmen 1-6
00 - Tijdens de manoeuvre voor het openen of sluiten stopt de bewe-
ging als het veiligheidscontact
manoeuvre wordt niet hervat zodra het contact wordt gesloten en de
besturingseenheid wacht op een extern commando of verricht een
automatische sluiting als deze functie geactiveerd is.
01 - Tijdens de manoeuvre voor het openen of sluiten stopt de bewe-
ging als het veiligheidscontact
manoeuvre wordt hervat zodra het contact wordt gesloten.
02 - Tijdens de manoeuvre voor het openen of sluiten stopt de bewe-
ging als het veiligheidscontact
ning vindt plaats zodra het contact wordt gesloten.
03 - Tijdens de manoeuvre voor het sluiten keert de beweging om als
het veiligheidscontact
heidscontact
heeft geen enkele uitwerking tijdens het openen.
04 - Tijdens de manoeuvre voor het openen wordt de beweging gestopt
als het veiligheidscontact
noeuvre voor het openen wordt hervat zodra het contact wordt ge-
sloten. Het gedrag van het veiligheidscontact
uitwerking tijdens het sluiten.
05 - Tijdens de manoeuvre voor het sluiten wordt de beweging gestopt
als het veiligheidscontact
vindt plaats als het contact binnen 1 seconde wordt gesloten. Als
het contact echter later wordt gesloten, vindt geen enkele andere
manoeuvre voor het openen plaats en wacht de besturingseenheid
op een extern commando of een automatische sluiting, indien deze
functie geactiveerd is. Tijdens het openen wordt de beweging ge-
stopt als het veiligheidscontact
manoeuvre wordt niet hervat zodra het contact wordt gesloten en de
besturingseenheid wacht op een extern commando of verricht een
automatische sluiting als deze functie geactiveerd is.
06 - "Guillottinefunctie" - Heeft geen enkel effect tijdens het openen.
Veroorzaakt de STOP tijdens het sluiten. Zodra het contact
sloten is, wordt het sluiten na 1 seconde voorgezet. Bij gesloten in-
gang wordt elke beweging verhinderd.
OPMERKING: in alle bovenstaande gevallen wordt na een stop van
de beweging een terugtrekbeweging verricht als
KS - Werkwijze STOP met keypad (met optioneel keypad PT3)
P9 - De lopende manoeuvre wordt gestopt als tijdelijk op de STOP-
knop wordt gedrukt. Een moedwillig commando voor het openen,
ook gedeeltelijk, sluiten of stapsgewijze werking plaatst het sys-
teem buiten de STOP-voorwaarde en wordt daarom op normale
wijze verricht.
T9 - De lopende manoeuvre wordt gestopt als tijdelijk op de STOP-
knop wordt gedrukt en elke andere manoeuvre wordt verhinderd, tot
opnieuw tijdelijk op de STOP-knop wordt gedrukt. In dit geval wordt
de normale werking hervat en kan de timer voor de automatische
sluiting, indien geactiveerd, ingrijpen.
B9 - De lopende manoeuvre wordt gestopt als tijdelijk op de STOP-
knop wordt gedrukt en elke andere manoeuvre wordt verhinderd, tot
opnieuw tijdelijk op de STOP-knop wordt gedrukt. In dit geval wordt
de normale werking hervat, maar wordt de automatische sluiting
gedeactiveerd, indien deze geactiveerd is, tot een moedwillig com-
mando voor het openen, ook gedeeltelijk, sluiten of stapsgewijze
werking wordt gegeven.
TN - Instelling van de temperatuur voor de activering van het elektro-
nisch antivriessysteem NIO en de automatische hellingen HS. [°C]
De waarde verwijst niet naar de omgevingstemperatuur, maar naar de
temperatuur in de elektronische besturingskast.
OPMERKING: met de parameter
temperatuur die de elektronische besturingskast bereikt worden
gecontroleerd.
wordt geopend. De onderbroken
wordt geopend. De onderbroken
wordt geopend. Een totale ope-
wordt geopend. Het gedrag van het veilig-
wordt geopend. De onderbroken ma-
heeft geen enkele
wordt geopend. Een totale opening
wordt geopend. De onderbroken
kan de hoogste/laagste
43
ge-
→
/
.
10