BEDIENING GASKOOKPLAAT
Ontsteken en instellen
0-stand
Volstand
Kleinstand
Zone-aanduiding
NL 16
Een symbool bij de bedieningsknop geeft aan welke brander wordt
bediend. Elke brander kan traploos worden geregeld tussen vol- en
kleinstand.
Aansteken met vonkontsteking
Druk de bedieningsknop in en draai deze linksom naar de volstand.
De brander ontsteekt.
▷ De bedieningsknop moet ongeveer 10 seconden ingedrukt
gehouden worden in verband met de vlambeveiliging.
Vlambeveiliging
Uw gaskookplaat is uitgerust met vlambeveiliging. Deze zorgt ervoor
dat de gastoevoer gesloten wordt als de vlam tijdens het kookproces
dooft.
• Houd de bedieningsknop, in volstand, ongeveer 10 seconden
ingedrukt. De vlambeveiliging schakelt in.
Ontsteekt de brander niet of blijft deze niet branden, controleer dan of:
• de branderdop en branderring goed op het branderhuis liggen;
• de brander/bougie (Ac) en thermokoppel (Tc) schoon en droog zijn.
Pannen
De aanbevolen panbodemdiameters zijn:
• voor de sterkbrander minimaal 22-26 cm;
• voor de normaalbrander minimaal 16-20 cm;
• voor de sudderbrander minimaal 12-14 cm.