STUURKOLOMPANEEL
Het stuurkolompaneel en het onderste gedeelte van de stuurkolom bevatten alle controles die nodig zijn om met
uw voertuig te rijden, inclusief het LCD-bedieningspaneel, gashendels, sleutelschakelaar en de schakelaar van de
gashendel. Zie fi guur 1.
VERBODEN! Stel uw bedieningspaneel niet bloot aan vocht. Indien het toch wordt blootgesteld
aan vocht, probeer dan uw voertuig niet te gebruiken voordat het paneel volledig is opgedroogd.
1.
CLAXON KNOP
2.
SNELHEIDSAANPASSER (VERMINDEREN)
3.
SNELHEIDSAANPASSER (VERHOGEN)
4.
RICHTINGAANWIJZERKNOPPEN
5.
GASHENDEL
6.
HOOG-LAAG KNOP
7.
LICHTEN KNOP
8.
SPIEGEL EN SPIEGEL PLUGS
Figuur 1. LCD Controlepaneel
Hoorn
Deze knop activeert de hoorn. Zorg dat de sleutel goed in de schakelaar zit. Pas dan kan de claxon functioneren.
Aarzel niet uw hoorn te gebruiken in gevaarlijke situaties.
Snelheidstoestsen
Deze instellingstoetsen maken het u mogelijk om de snelheid van de voertuig te voorselecteren en te limiteren, zoals
dat aangegeven wordt door de maximum snelheidsaanwijzer op uw LCD scherm.
Druk op de schildpad om uw snelheid te verlagen.
Druk op het konijn om uw snelheid te verhogen.
Richtingaanwijzerknoppen
Druk eenmaal op de gewenste richtingsaanwijzer om die te activeren. Het licht voor de richtingsaanwijzer zal
oplichten op uw LCD scherm.
Druk op dezelfde toets om uit te schakelen.
MV600
I I . U W V O E R T U I G
IDENTIFICATIELIJST
14
8
8
5
4
9.
HANDREMHENDEL
10. FUNCTIETOETS (MODE)
11. WAARCHUWINGSKNIPPERLICHTENKNOP
12. INSTELLINGSTOETS (SET)
13. LCD SCHERM
14. STUUR AANPASSINGS HENDEL
15. REMBLOK
13
12
11
10
7
1
2
3
1
9
8
6
5
4
15
7