BEDIENING
De smeltfunctie inschakelen
Een temperatuur van 42 °C (+/- 5 °C) wordt in stand gehouden om voedsel te smelten
(afhankelijk van de kwaliteit van het gebruikte kookgerei).
1. Schakel de kookplaat in en zet een geschikte pan op een van de kookzones.
2. Raak de toets voor smelten/warmhouden eenmaal aan.
Het indicatielampje voor smelten boven de toets gaat branden.
▷
3. Raak de toets '-' of '+' van de gewenste kookzone aan.
▷
De smeltfunctie is geselecteerd. Op het display verschijnt het symbool 'u'.
4. Raak de toets '-' of '+' aan om de smeltfunctie uit te schakelen.
Nul (0) wordt op het display weergegeven.
▷
De warmhoudfunctie inschakelen
Een temperatuur van 70 °C (+/- 5 °C) wordt in stand gehouden om voedsel warm te houden
(afhankelijk van de kwaliteit van het gebruikte kookgerei).
1. Schakel de kookplaat in en zet een geschikte pan op een van de kookzones.
2. Raak de toets voor smelten/warm houden tweemaal aan.
Het indicatielampje voor warmhouden boven de toets gaat branden.
▷
3. Raak de toets '-' of '+' van de gewenste kookzone aan.
De warmhoudfunctie is geselecteerd. Op het display verschijnt het symbool 'U'.
▷
4. Raak de toets '-' of '+' aan om de warmhoudfunctie uit te schakelen.
▷
Nul (0) wordt op het display weergegeven.
NL 17