Video-instellingen – Belangrijkste Assist-functies
[WFM/Vectorbereik]
Dit geeft de golfvormmonitor of het vectorbereik op het opnamescherm
weer. U kunt ook de grootte van de golfvormweergave veranderen.
1
Zet de opnamefunctie op [
≥Stel de modusknop in.
2
Stel [WFM/Vectorbereik] in.
≥
[WAVE]
Geeft een golfvorm weer.
[VECTOR]
Geeft het vectorbereik weer.
[OFF]
[
]
[
]
] of [S&Q].
(De opnamemodus selecteren:
[WFM/Vectorbereik]
380
70)