Focus / Zoom – AF gebruiken
AF gebruiken
[Vergroting AF-punt]: 146
≥
[AF Aang. Inst.(Foto)]: 148
≥
[Focus beperken]: 151
≥
[AF ass. lamp]: 153
≥
[Beweegsnelheid focusframe]: 154
≥
[AF-microaanpassing]: 155
≥
AF (Auto Focus) betekent automatisch scherpstelling.
Selecteer de focusmodus en de Af-modus die geschikt is voor het
onderwerp en de scène.
1
Zet de focusmodus op [AFS] of [AFC].
≥
2
Selecteer de AF mode.
≥Druk op [
geven en stel in met gebruik van
selecteren:
•
In de [iA]-modus zal iedere druk op [
[
] tot gevolg hebben.
[
]/[
]
[
] (2) om het selectiescherm van de AF mode weer te
159)
(AF-modus:
]
[Focusfunctie]
.
(De AF-modus
] het schakelen tussen [
95)
141
[AFS]/[AFC]
] en