4.5 Verdere accessoires aansluiten
Bacteriënfilter
Als het therapieapparaat bestemd is voor de toepassing door verschillende patiënten (bijv.
in het ziekenhuis), moet ter bescherming tegen infecties een bacteriënfilter worden
gebruikt.
Zuurstof-invoer
Waarschuwing!
Om veiligheidsredenen (brandgevaar) is de directe invoer van zuurstof in de adem-
slang of het ademmasker zonder speciale veiligheidsinrichting niet toegestaan. Bij
gebruik van het zuurstof-aansluitventiel WM 24042 is de invoer van max. 4 l/min
zuurstof in de ademslang mogelijk.
Let in elk geval op de veiligheidsinstructies voor de omgang met zuurstof evenals op
de gebruiksaanwijzingen van het zuurstofventiel en het gebruikte zuurstofapparaat.
– Monteer het bacteriënfilter tussen ademslang met
klikadapter en apparaat.
Voorzichtig!
Bij gebruik van een bacteriënfilter kan de drukcon-
stantie en het flowvermogen reduceren. Indien een
bacteriënfilter is aangesloten, controleert u de
druk. Neem de gegevens van de fabrikant in acht
in het bijzonder het vervaldatum van het filter.
Er kan een zuurstofconcentrator (bijv. Oxymat), vloeibare
zuurstof of een zuurstoffles met overeenkomstige drukre-
duceerklep worden gebruikt. Deze behandeling moet
door de behandelende arts worden voorgeschreven.
Opstelling van het apparaat
NL
73