8.3
n
8.4
8.4.1
c
w
0313853_DRE PLUS_ENNLFR_V4.0, 15-05-2024
Aansluitschema
Afb. Aansluitschema
14
14
11
12
T
B
9
Opmerking
Gebruik dit Aansluitschema wanneer u:
•
de wateraansluitingen (zie 8.4) installeert
•
de boiler vult (zie 8.6.1)
•
de boiler aftapt
Wateraansluitingen
Koudwateraansluiting
Let op
Bij de installatie van de boiler heeft u een inlaatcombinatie nodig. De inlaatcombinatie en
bijhorende fittings worden niet meegeleverd. De inlaatcombinatie moet geschikt zijn voor
een waterdrukniveau tot 800 kPa. Installeer de inlaatcombinatie zo dicht mogelijk bij de
boiler.
Waarschuwing
Installeer nooit een afsluiter of een terugslagklep tussen de inlaatcombinatie en de boiler.
Waarschuwing
De boiler heeft een vaste aansluiting op de waterleiding nodig. Sluit de boiler niet aan
met een waterslang.
De koudwateraansluiting installeren:
1.
Wanneer de toevoerdruk van de waterleiding te hoog is, installeert u een
drukreduceerventiel (1), raadpleeg de Technische informatie.
14
C
3
4
6
5
4
A
2
1
1. Drukreduceerventiel
(verplicht wanneer de druk van de
waterleiding te hoog is)
2. Inlaatcombinatie
3. T&P-ventiel (verplicht)
4. Afsluiter (aanbevolen)
5. Terugslagklep
6. Circulatiepomp (optioneel)
9. Aftapkraan
11. Service-afsluiter
12. Temperatuurmeter (optioneel)
14. Tappunt
A. Koudwatertoevoer
B. Warmwateruitlaat
C. Circulatieleiding (optioneel)
NL
111