Onderdeel: Instellingen voor de verbindingen
In dit onderdeel voert u de specifieke instellingen voor elk van uw VoIP-verbindin-
gen in.
De volgende instellingen kunt u voor elk geconfigureerd VoIP-verbinding invoeren:
Volume voor VoIP-gesprekken
Afhankelijk van de VoIP-provider kan het ontvangen spraak-/hoornvolume te
laag of te hoog zijn, waardoor de volumeregeling van de handset niet vol-
doende is.
Geef aan, of de ontvangen volumes te hoog of te laag zijn. U kunt uit de vol-
gende opties kiezen:
Laag
Het spraak-/hoornvolume is te hoog. Activeer deze optie om het volume met 6
dB te verlagen.
Normaal
Het volume hoeft niet te worden aangepast.
Hoog
Het spraak-/hoornvolume is te laag. Activeer deze optie om het volume met 6 dB
te verhogen.
Geselecteerde codecs / Beschikbare codecs
Voorwaarde: in het onderdeel Instellingen voor de bandbreedte is voor de
Spraakkwaliteit de optie Voorkeur voor eigen codec ingeschakeld.
Via de lijsten Geselecteerde codecs en Beschikbare codecs kunt u uw eigen
codecvoorkeuren definiëren die bij uw DSL-verbinding passen.
Selecteer de codecs die uw toestel moet gebruiken en stel de volgorde in waarin
de codecs bij het tot stand brengen van de VoIP-verbinding via dit VoIP-nummer
moeten worden aangeboden.
¤
De spraakcodecs die uw telefoon bij uitgaande oproepen moet voorstellen,
overnemen in de lijst Geselecteerde codecs.
Klik in de lijst Beschikbare codecs op de spraakcodec die u wilt overnemen
(met behulp van de Shift-toets of de Ctrl-toets kunt u meerdere vermeldin-
gen markeren). Klik op de knop <Toevoegen.
¤
De spraakcodecs die de telefoon niet moet gebruiken in de lijst Beschikbare
codecs plaatsen.
Selecteer hiervoor de spraakcodecs uit de lijst Geselecteerde codecs (zie
hierboven) en klik op de knop Verwijderen>.
¤
De spraakcodecs van de lijst Geselecteerde codecs in de volgorde plaatsen
waarin de telefoon deze aan de andere partij moet voorstellen bij het tot
stand brengen van een verbinding. Hiervoor de knoppen Naar boven en
Naar beneden gebruiken.
Bij het tot stand brengen van een VoIP-verbinding stelt het toestel van de
gesprekspartner eerst de eerste spraakcodec in de lijst Geselecteerde codecs
voor. Als de tegenpartij deze spraakcodec niet accepteert (bijvoorbeeld omdat
deze de codec niet ondersteunt), wordt de tweede spraakcodec van de lijst
voorgesteld etc.
36