3. Als u een nieuwe programmagebeurtenis wilt toevoegen, klikt u op
de knop "
" (3).
Een nieuwe gebeurtenis wordt toegevoegd in de bovenste rij van de
lijst met programmagebeurtenissen (6). U kunt een nieuwe of
bestaande gebeurtenis in deze lijst instellen of wijzigen.
4. Selecteer de nieuwe gebeurtenis die in stap 3 is toegevoegd, of een
bestaande gebeurtenis. Vervolgens kunt u de diverse variabelen
van de gebeurtenis instellen of wijzigen met behulp van de opties in
het deelvenster om programmagebeurtenissen in te stellen (7).
Als u deze variabelen wilt instellen of wijzigen, schakelt u in elk
kader het selectievakje Set in en selecteert u het gewenste
keuzerondje. In elk kader vindt u de volgende opties:
• Run time:
Stel via de keuzelijsten een tijdswaarde in om aan te geven
wanneer de gebeurtenis dient plaats te vinden.
• Target:
Hiermee kunt u de doelzone of –groep instellen/wijzigen.
Klik op de knop "
(scherm 3) te openen. Daar kunt u een doelgroep of –zone
selecteren.
• Start/Stop:
Selecteer via de keuzerondjes een actie (starten of stoppen) die
door de gebeurtenis wordt getriggerd.
• Set Temperature:
Stel de temperatuurwaarde voor de geselecteerde zone of groep
in met behulp van de keuzerondjes.
• Operation mode:
Stel de werkingsmodus voor de geselecteerde zone of groep in
met behulp van de keuzerondjes.
• R/C Mode:
Selecteer het gewenste keuzerondje om regelacties via de
afstandsbediening toe te staan of te verbieden. In de volgende
drie kaders vindt u de volgende keuzeopties:
• Start/Stop:
Start-/stopacties via de afstandsbediening toestaan of
verbieden.
• Operation Mode:
Omschakeling van werkingsmodus via de
afstandsbediening toestaan of verbieden.
• Set Temperature:
Wijziging van de temperatuurinstelling via de
afstandsbediening toestaan of verbieden.
• Ventilation mode:
De ventilatiemodus op de HRV-units instellen met behulp van de
keuzerondjes.
• Ventilation amount:
De ventilatieluchthoeveelheid van de HRV-units instellen.
LET OP!
Wanneer de toestellen in de doelgroep of –zone geen HRV-units
zijn of wanneer deze instellingen niet door de HRV-units worden
ondersteund, wordt uw selectie genegeerd, zelfs als het
selectievakje Set is ingeschakeld.
Nederlands
" om het dialoogvenster Target
5. Als u klaar bent, klikt u op de knop "
Pattern change (scherm 2).
Scherm 2: Het dialoogvenster Pattern change
Klik op de knop "
Keer terug naar het scherm Schedule Setup (scherm 1 op de vorige
pagina). U dient de instellingen op dit scherm te bevestigen.
[Andere knoppen]
(4)
De in de lijst met programmagebeurtenissen (6) geselecteerde
gebeurtenis verwijderen.
(5)
De in de lijst met programmagebeurtenissen (6) geselecteerde
gebeurtenis kopiëren.
6. In het scherm Schedule Setup verschijnt de programmacyclusbalk
(scherm 4). De markeringen hebben de volgende betekenis:
Scherm 4: Cyclusbalk
Scherm 5: Voorbeeld van cyclusbalken
9 : 00
Starten
12 : 00
Temperatuurinstelling wijzigen
15 : 00
Stoppen
9 : 00
Starten
9 : 15
Temperatuurinstelling wijzigen
12 : 00
Temperatuurinstelling wijzigen
15 : 00
Stoppen
9 : 00
Starten
9 : 30
Werkingsmodus wijzigen
12 : 00
Temperatuurinstelling wijzigen
15 : 00
Stoppen
" in het dialoogvenster
(3) (4) (5)
" om de selectie ongedaan te maken.
(6)
(7)
43