6-8 De luchtstroomrichting en het luchtvolume wijzigen
■ Werkwijze om de luchtstroomrichting of het luchtvolume te
wijzigen
U hebt de mogelijkheid om de luchtstroomrichting of het luchtvolume
van airconditioners te wijzigen.
In het scherm Monitoring kunt u deze actie zowel in pictogram- als in
lijstweergave uitvoeren. In de figuur (scherm 1) ziet u de toestellen in
pictogramweergave.
Scherm 1: Hoofdscherm
(1)
U kunt de luchtstroomrichting of het luchtvolume zone- of groepsgewijs
wijzigen.
[Werkwijze]
1. Selecteer in het scherm 1 Monitoring een zone of groep uit de
keuzelijst (1).
Selecteer de zone of groep waarvoor u de luchtstroomrichting of het
luchtvolume opnieuw wilt instellen (2).
Wilt u de instelling voor alle toestellen in een groep wijzigen, dan
selecteert u in het deelvenster met de zonestructuur (1) de zone
waarvan de groep deel uitmaakt; vervolgens kiest u de groep in het
hoofdvenster (2).
2. Druk op
. Het scherm 2 Operation wordt geopend.
Scherm 2: Instellingsscherm
(3)
(4)
Nederlands
(2)
3. Wilt u het luchtvolume instellen, dan schakelt u het selectievakje Set
in het kader Air volume (3) in en selecteert u een van de
keuzerondjes "Low" of "High" om het gewenste luchtvolume in te
stellen.
Wilt u de luchtstroomrichting instellen, dan schakelt u het
selectievakje Set in het kader Direction of air flow (4) in en
selecteert u de gewenste waarde uit de keuzelijst. U kunt elke
integerwaarde (geheel getal) van 0 tot 7 selecteren.
4. Druk op
.
Om de instelling ongedaan te maken, drukt u op "
Leidraad voor het bepalen van de luchtstroomrichting en het
luchtvolume
Binnenunit
0
4
5
6
7: Autoswing-modus
6-9 De instellingen van HRV-units wijzigen
■ Werkwijze om de instellingen van HRV-units te wijzigen
U hebt de mogelijkheid om de instellingen van HRV-units te wijzigen.
In het scherm Monitoring kunt u deze actie zowel in pictogram- als in
lijstweergave uitvoeren.
In de figuur (scherm 1) ziet u de toestellen in pictogramweergave.
Scherm 1: Hoofdscherm
(1)
U kunt de instellingen gezamenlijk wijzigen voor alle HRV-units die in
een zone of groep zijn opgenomen.
Als u een hoger cijfer
selecteert, wordt de lucht
verticaler uitgeblazen. De
waarde "7" geeft de
Autoswing-modus aan. Deze
instelling wordt echter niet
op alle modellen
ondersteund. Controleer na
de instelling de
luchtstroomrichting die op
het lokale
afstandsbedieningsscherm
wordt weergegeven.
(2)
".
27