Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

■ AFTERTOUCH ASSIGN

Hier volgt hoe u aftertouch opdrachten kunt toewijzen aan een controller.
Mode
Basic mode
Advanced mode 1
Advanced mode 2
Advanced mode 3
Basic mode
fig.edt
1
Druk op [EDIT].
Het scherm toont "EDT"
fig.r-1
2
Beweeg de controller aan welke u een Aftertouch opdracht wilt toewijzen. In
geval van een drukknop, druk deze in.
Het scherm toont het nummer van de geselecteerde controller.
3
Controleer of deze juist is, en druk op [ENTER].
fig.at1
4
Druk op de [AFTERTOUCH] toets.
Het scherm toont "AT0"
fig.c
5
Controleer de juistheid, en druk op [ENTER].
Het scherm toont "C--".
6
Voer het juiste MIDI kanaal in. Gebruik de [DEC][INC] of de [0]-[F] knoppen om het kanaal te
selecteren.
7
Druk op [ENTER].
8
Als u Aftertouch aan een drukknop toewijst, dient u nu de button mode toe te wijzen.
(➔"De button mode instellen (hoe de drukknoppen werken)" (p. 54))
*1 De -- velden tonen de huidige ingestelde waarde. Als deze nog niet is ingesteld wordt de standaard instelling weergegeven. Zelfs als u het
type of de mode van de MIDI opdracht die wordt toegewezen wordt veranderd, wordt de standaard waarde weergegeven. Deze is verlicht
als deze hetzelfde is als de huidig ingestelde waarde of knipperen als deze anders is.
Keyboard
Opdracht
0
Channel Pressure
1
Channel Pressure
2
Polyphonic Key Pressure
3
Polyphonic Key Pressure
Het gebruik van de PCR-A30 als MIDI Controller
Waarde bereik
0-127 (00-7F)
Poort 1
Instelbaar
Vrij toe te wijzen
0-127 (00-7F)
Poort 1
Instelbaar
Vrij toe te wijzen
*1 Ter referentie
Poort
57

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave