De afstrijkers maken het rustig lopen van de
zaaischijven over een bodem met kleverige
oppervlaktestructuur mogelijk.
1. Machine oplichten.
2. Tractor en machine beveiligen.
3. Moeren 2 losmaken.
4. Afstrijker 1 instellen op een afstand van 2 ml.
Om de afstand te controleren:
5.
Dieptegeleidingsrol 3 roteren.
6. Moeren vastdraaien.
Om de instelling te controleren:
7.
30 m op werksnelheid rijden en het werkbeeld
controleren.
6.3.6 Zaaidiepte aan de RoTeC-zaaischijf instellen
De zaaidiepte kan in 3 stappen 2 worden
ingesteld. Hoe hoger de dieptegeleidingsschijven
of dieptegeleidingsrollen staan, hoe groter de
zaaidiepte is. De grootste zaaidiepte wordt bereikt als
de dieptegeleidingsschijven of dieptegeleidingsrollen
volledig worden verwijderd.
OPMERKING
De instelling van de zaaidiepte moet aangepast
worden aan de gebruiksomstandigheden. De
optimale instelling kan alleen tijdens het gebruik
op het veld worden bepaald.
MG6545-NL-II | G.1 | 28.03.2024 | © AMAZONE
6 | Machine voorbereiden
Machine voorbereiden voor het gebruik
1
2
3
CMS-I-00008294
CMS-T-00010449-A.1
1
2
3
CMS-I-00004587
57