Bedieningsmodule inschakelen
Voor het inschakelen van de bedie-
ningsmodule de AAN/UIT knop (afb.
➇
6/
) indrukken. De electronica door-
loopt nu een systeemtest. Zodra de
standaard aanduiding 0,0 (afb. 6/ 22)
verschijnt, is de elektronica bedrijfs-
gereed.
☞
Opmerking:
Gedurende de systeemtest de joy-
stick niet bewegen.
Werking van het magneetslot
Om de rolstoel tegen onbevoegd ge-
bruik te beveiligen, kan deze met be-
hulp van een magneetsleutel op slot
worden gezet. Hiertoe dient de wer-
king van het magneetslot (afb. 6/ 24)
vrijgegeven te zijn. De standaard in-
gestelde vrijschakeling kan achteraf
uitsluitend door een geautoriseerde
dealer met behulp van de CAN-Bus
software worden veranderd.
Attentie:
!
De magneetsleutel kan magneet-
kaarten beschadigen. – De ma-
gneetsleutel derhalve niet in de
nabijheid van magneetkaarten be-
waren!
8
24
16
8
6
Bedieningsmodule vergrende-
len
– De magneetsleutel voor het ver-
grendelen loodrecht rechts of links
dichtbij langs het slot halen (afb.
6/ 24). – Het display geeft aanslui-
tend < SCH > (afkorting voor slot)
weer. De rolstoel is daarmee ver-
grendeld en kan uitgeschakeld
worden.
Laad functie
Indien een lader op de bedieningsmo-
dule is aangesloten en de rolstoel
wordt ingeschakeld, dan wordt de
aanduiding (afb. 6/ 22) < Lad > weer-
gegeven. De rolstoel is niet klaar voor
gebruik.
22