Inhoudsopgave
Advertenties
Werking
Sensorafstelling
onder vacuüm
BELANGRIJK!
34
5.3 4 Afstelling onder vacuüm
5.3 4
Afstelling onder vacuüm
AANWIJZING
AANWIJZING
De afstelling van het vacuüm vindt bij de
VACUU·VIEW extended in principe plaats op de
eindwaarde 0 mbar van het meetbereik.
Afstelling op een andere referentievacuümwaarde is niet mo‑
gelijk.
Pomp tot een zo diep mogelijk eindvacuüm.
>
Afstelling VACUU·VIEW (extended) onder vacuüm
1. Sluit het
VACUU·VIEW
een hoogvacuümpomp, die tot op een eindvacuüm lager
< 10
mbar afpompt.
‑3
of sluit het VACUU·VIEW‑meetapparaat aan op een hoogva‑
cuümpomp die tot op een eindvacuüm < 0,1 mbar afpompt.
> Controleer indien mogelijk de nauwkeurigheid van het eind‑
vacuüm met een gekalibreerd referentiemeetapparaat voor
vacuüm.
2. Wacht totdat het eindvacuüm is bereikt en het meetapparaat
is opgewarmd.
3. Roep het menu Settings/Adjustment
display moet 0
0
5
4. Druk op Enter
ter bevestiging.
Enter
5. Bevestig daarna de veiligheidsvraag met Enter
5 VACUU·VIEW (extended) onder vacuüm afgesteld.
extended‑meetapparaat aan op
Settings/Adjustment
bedragen.
0
20999293_NL_VVIEW (extd)_V1.12_171023
op. De weergave op het
Enter.
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
