Inhoudsopgave
Advertenties
ATEX‑
apparatencategorie
ATEX‑
apparatencategorie
en
randapparatuur
Ontstekingsbronnen
voorkomen
20999293_NL_VVIEW (extd)_V1.12_171023
2.3 3 ATEX-apparatencategorie
2.3 3
ATEX-apparatencategorie
Plaatsing en explosieve omgeving
De plaatsing en het bedrijf in omgevingen waarin een explo-
sieve atmosfeer kan ontstaan, is verboden.
De gebruiker is ervoor verantwoordelijk dat een beoordeling van
de gevaren voor het apparaat wordt uitgevoerd, zodat evt. veilig‑
heidsmaatregelen voor de plaatsing en de veilige werking geno‑
men kunnen worden.
ATEX-apparaataanduiding
VACUUBRAND‑apparaten met het op het typeplaatje afgebeelde
kenmerk.
VACUUBRAND‑apparaten met het kenmerk
goedkeuring van de ATEX‑apparaatcategorie 3 G; brandbare
stoffen gemengd met lucht: gassen, dampen.
> Gebruik VACUUBRAND‑apparaten uitsluitend in technisch
perfecte staat.
De ATEX-goedkeuring
derdelen die in aanraking komen met media, niet voor de
omgeving van het vacuümsysteem.
Die ATEX‑apparatencategorie van VACUUBRAND‑apparaten
is afhankelijk van de aangesloten componenten en randappa‑
ratuur. Componenten en randapparatuur moeten voldoen aan
hetzelfde of een hoger ATEX‑niveau. Zonder een overeenkom‑
stige classificatie komt de opgegeven apparaatcategorie voor
VACUUBRAND‑apparaten te vervallen.
Het gebruik van ventilatieventielen is alleen dan toegestaan wan‑
neer gegarandeerd is dat in het inwendige van het apparaat geen
explosieve mengsels ontstaan die in contact komen met de me‑
dia, of naar alle waarschijnlijkheid slechts voor korte tijd of zelden.
> Ventileer evt. met inert gas.
> Na ingrepen aan de vacuümsensor moet de leksnelheid van
het apparaat worden gecontroleerd.
Informatie over de ATEX‑apparatencategorie is ook te vinden
op onze Homepage:
ATEX‑Gerätekategorie 3
1 -> Vergelijk typeplaatje en technische gegevens
Veiligheidsaanwijzingen
geldt alleen voor de inwendige on-
1
VACUUBRAND/Anwendungen/Zulassung
`
hebben een
11
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
