Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Aanhangerbedrijf; Gebruik Van Hulpstukken - Wacker Neuson EZ17 Gebruikshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

2 Veiligheid
2.6

Aanhangerbedrijf

Aanhangerbedrijf
2.7

Gebruik van hulpstukken

Hulpwerktuigen
Gebruik
2-10
Het voertuig moet voor het aanhangerbedrijf zijn goedgekeurd.
De nationale voorschriften voor het aanhangerbedrijf in acht nemen.
De overeenkomstige nationale rijvergunning is vereist.
Het meenemen van personen is op / in aanhangers NIET toegestaan.
De maximale toegestane steun- en aanhanglast aanhouden.
De toegestane snelheid van de aanhanger niet overschrijden.
Aanhangerbedrijf is niet toegestaan aan de wegsleepinrichting van het
voertuig.
Bij het aanhangerbedrijf verandert het bedrijfsgedrag van het voertuig,
de bestuurder moet daarmee vertrouwd zijn en overeenkomstig
handelen.
Stuurwijze van het voertuig en draaicirkel van de aanhanger in acht
nemen.
Aanhanger voor het aan- en loskoppelen beveiligen tegen wegrollen
(bijv. parkeerrem, geschikte onderlegwiggen).
Bij het aankoppelen van een aanhanger mag er geen persoon tussen
voertuig en aanhanger aanwezig zijn.
Aanhanger regulier aan het voertuig koppelen.
Zich ervan overtuigen, dat alle inrichtingen juist functioneren (bijv.
remmen, verlichtingsinrichtingen).
Voor het wegrijden zich ervan overtuigen, dat er niemand tussen het
voertuig en de aanhanger is.
Uitsluitend hulpstukken, die voor het voertuig resp. de veiligheidsin-
richting ervan (bijv. splinterbescherming) zijn goedgekeurd.
Alle andere hulpstukken hebben een toestemming van de voertuigfa-
brikant nodig.
Het gevarengebied als ook het werkbereik zijn afhankelijk van het
gebruikte hulpstuk – zie handleiding van het hulpstuk.
Laadgoed beveiligen.
hulpstukken niet overladen.
Juiste zitting van de vergrendeling controleren.
Het transporteren van personen op / in een hulpstuk is verboden.
Het installeren van een werkplatform is verboden.
- Uitzondering: het voertuig is met de daarvoor noodzakelijke veilig-
heidsinrichtingen uitgerust en goedgekeurd.
hulpstukken en ballastgewichten veranderen het rijgedrag en ook het
stuur- en remvermogen van het voertuig.
De bestuurder moet met deze veranderingen vertrouwd zijn en
overeenkomstig handelen.
Voor werkinzet correct functioneren van het hulpstuk door proefsgewijs
bedienen garanderen.
Voor in bedrijf stellen van het hulpstuk garanderen, dat niemand
gevaar loopt.
Voor verlaten van de bestuurdersstoel hulpstuk naar de grond omlaag
brengen.
BA EZ17 nl* 1.1 * Safety_01_0

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

E13-01Wnce1301vpal00170

Inhoudsopgave