5 Bediening
Drukontlasting van de werkhydraulica
Ombouwen
B
afb.156
5-52
1. Voertuig op een horizontaal en effen bodem met voldoende
draagvermogen neerzetten.
2. Aanbouwgereedschap volledig op de grond laten zakken.
3. Schuifblad op de grond laten zakken.
4. Motor uitschakelen.
5. Contactsleutel in stand 1 draaien.
6. Stuurhendel of schuif van de proportionele sturing van het betreffende
hydraulische circuit meermaals in alle richtingen bewegen.
De druk wordt in de dienovereenkomstige systeemdelen
afgebouwd. Een ontlasting is herkenbaar als de betreffende
slangen even bewegen.
Het hulpwerktuig direct na het ontlasten afkoppelen. Anders kan de
druk zich opnieuw opbouwen.
Demonteren
1. De gemonteerde schop met de vlakke onderzijde op een effen
C
ondergrond neerzetten.
2. Voertuig neerzetten. Motor uitschakelen. Zie voorbereiding voor het
afsmeren.
3. Lunspen A wegnemen.
4. Eerst bout B, dan bout C verwijderen. Vastzittende bouten met hamer
A
en messingdoorn voorzichtig uitdrijven.
Wanneer bout C geklemd zit:
1. De motor starten.
2. Armsysteem licht optillen of laten zakken om de bouten te ontlasten.
3. Voertuig neerzetten. Motor uitschakelen. Zie voorbereiding voor het
afsmeren.
4. Stuurhendeldrager omhoog klappen.
5. Contactsleutel verwijderen en veilig opbergen.
Informatie
Bij het verwijderen van de bout de schop zo positioneren, dat hij slechts
lichtjes op de grond rust. Wanneer op de schop te grote druk wordt
uitgeoefend, neemt de weerstand toe en wordt het moeilijker om de bout
los te krijgen.
BA EZ17 nl* 1.1 * ez17b510.fm