z
q
z
x
c
e
x
q
w
Een patroon verwijderen
z Druk op het te verwijderen patroon.
x Druk op de verwijdertoets om het patroon te verwijderen.
q Verwijdertoets
Randmotieven
Randmotieven kunnen accuraat met elkaar
verbonden worden via de ingebouwde markeringen.
Voorbeeld: Verbind randmotieven RE20d #281 en
SQ28d #194.
z Print het motief (template blad) op doorschijnend
papier voor randmotieven RE20d #281 en
SQ28d #194 met gebruik van Artistic
Digitizer Jr. (zie pagina's 92-93).
q Motief (template blad)
x Plaats het motief (template blad) op de stof en
markeer de eindpunten van de middenlijnen met
kleermakerskrijt. Teken middenlijnen op de stof.
De horizontale lijn moet lang genoeg zijn om de
volgende patronen te verbinden.
w Middenlijnen
c Plaats de stof in de ring en bevestig de ring aan de
borduurarm.
Selecteer randmotief SQ28d #194 en pas de positie
van de ring aan met de pijltjestoetsen.
Druk op de start/stoptoets en een bericht wordt
weergegeven met de vraag of u de eerste markering
punten wilt borduren.
Druk op de X-toets om de punten over te slaan en
druk ok de start/stoptoets om te beginnen met borduren.
e Eerste markering punten
89