Problemen oplossen
Mijn toestel ontvangt geen GPS-signalen
Als het toestel geen satellietsignalen ontvangt, kan dit
verschillende oorzaken hebben. Als het toestel over een grote
afstand is verplaatst sinds de laatste keer dat satellietsignalen
werden ontvangen of als het toestel langer dan een paar weken
of maanden uitgeschakeld is geweest, kan het voorkomen dat
het toestel satellietsignalen niet meer goed ontvangt.
• Controleer of de nieuwste softwareversie op het toestel is
geïnstalleerd. Werk de toestelsoftware bij als dit niet zo is
(De software van het toestel bijwerken, pagina
Ik kan mijn toestel niet inschakelen of mijn toestel
gaat steeds uit
Als uw toestel steeds uitgaat of niet kan worden ingeschakeld,
kan dit wijzen op een probleem met de voeding. Controleer het
volgende om te proberen de oorzaak van het voedingsprobleem
te vinden en het probleem te verhelpen.
• Controleer of de voedingsbron stroom geeft.
U kunt dit op verschillende manieren controleren. U kunt
bijvoorbeeld controleren of andere toestellen op dezelfde
voedingsbron wel goed functioneren.
• Controleer de zekering in de voedingskabel.
De zekering bevindt zich in een houder die deel uitmaakt van
de rode draad van de voedingskabel. Controleer of de
geïnstalleerde zekering de juiste capaciteit heeft. Op het
label op de kabel of in de installatiehandleiding staat
aangegeven welke capaciteit de zekering moet hebben.
Controleer of de zekeringsdraad in de zekering niet kapot is.
U kunt de zekering testen met een multimeter. Als de
zekering in orde is, geeft de multimeter 0 Ohm aan.
• Controleer of er ten minste 10 Volt spanning op het toestel
staat - 12 Volt wordt aangeraden.
U kunt het voltage controleren door de gelijkstroomspanning
te meten tussen het contrabusje en de aarde van de
voedingskabel. Als de spanning minder bedraagt dan 10 Volt,
gaat het toestel niet aan.
• Als het toestel voldoende stroom krijgt, maar niet aangaat,
kunt u contact opnemen met Garmin Product Support op
www.garmin.com/support.
Mijn toestel maakt geen via-punten op de juiste
locatie
U kunt handmatig een via-puntlocatie invoeren om gegevens
tussen toestellen over te brengen en te delen. Als u een via-punt
hebt ingevoerd met behulp van coördinaten en het punt niet op
de gewenste locatie wordt weergegeven, komen de kaartdatum
en het positieformaat van het toestel mogelijk niet overeen met
de kaartdatum en het positieformaat die oorspronkelijk zijn
gebruikt om het via-punt te markeren.
Het positieformaat heeft betrekking op de manier waarop de
positie van de GPS-ontvanger op het scherm wordt
weergegeven. De positie wordt gewoonlijk weergegeven in
graden en minuten (breedtegraad/lengtegraad) met opties voor
graden, minuten en seconden, alleen graden of een van de
diverse grid-indelingen.
De kaartdatum is een rekenmodel dat een deel van het
aardoppervlak weergeeft. Lengte- en breedtegraadlijnen op een
papieren kaart zijn altijd gerelateerd aan een bepaalde
kaartdatum.
1
Zoek uit welke kaartdatum en welk positieformaat werden
gebruikt toen het oorspronkelijke via-punt werd gemaakt.
Als het oorspronkelijke via-punt is overgenomen van een
kaart, moet op de kaart een legenda aanwezig zijn waarin de
kaartdatum en het positieformaat staan vermeld die zijn
gebruikt om die kaart te maken. Meestal staat deze legenda
in de buurt van de productcode van de kaart.
24
2
Selecteer op de kaartplotter Instellingen > Eenheden.
3
Selecteer de juiste kaartdatum- en positieformaatinstellingen.
4
Maak het via-punt opnieuw.
NMEA 0183 informatie
Zenden
Telegram Beschrijving
GPAPB
GPBOD
GPBWC
1).
GPGGA
GPGLL
GPGSA
GPGSV
GPRMB
GPRMC
GPRTE
GPVTG
GPWPL
GPXTE
PGRME
PGRMM
PGRMZ
SDDBT
SDDPT
SDMTW
SDVHW
Ontvangen
Telegram
DPT
DBT
MTW
VHW
WPL
DSC
DSE
HDG
HDM
MWD
MDA
MWV
VDM
U kunt de volledige informatie over NMEA indeling (National
Marine Electronics Association) en telegrammen aanschaffen
bij: NMEA, Seven Riggs Avenue, Severna Park, MD 21146 USA
(www.nmea.org)
APB: Koers- of spoorcontrole (stuurautomaat) telegram 'B'
BOD: Richting (beginpunt naar bestemming)
BWC: Richting en afstand tot waypoint
GGA: GPS-positiegegevens (Global Positioning System)
GLL: Geografische positie (breedtegraad en lengtegraad)
GSA: GNSS-DOP en actieve satellieten
GSV: GNSS-satellieten in weergave
RMB: Aanbevolen minimale navigatie-informatie
RMC: Aanbevolen minimale specifieke GNSS-gegevens
RTE: Routes
VTG: Grondkoers en -snelheid
WPL: Locatie van waypoint
XTE: Koersfout
E: Geschatte fout
M: Kaartdatum
Z: Hoogte
DBT: Diepte onder transducer
DPT: Diepte
MTW: Watertemperatuur
VHW: Watersnelheid en koers
Beschrijving
Diepte
Diepte onder transducer
Watertemperatuur
Watersnelheid en koers
Locatie van waypoint
DSC-gegevens (Digital Selective Calling)
Uitgebreide Digital Selective Calling
Koers, afwijking en variatie
Koers, magnetisch
Windrichting en -snelheid
Meteorologische composiet
Windsnelheid en -hoek
AIS VHF Data Link bericht
Appendix