EEN AFVALOEFENING GEBRUIKEN
1. Plaats de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HET APPARAAT INSCHAKELEN op
bladzijde 18.
2. Stel een tijd in voor de time-out van de
oefening.
Selecteer een afvaloefening door op een van de
toetsen Select Time (tijd selecteren) te drukken. De
duur van de oefening verschijnt in de display.
3. Selecteer het aantal calorieën dat u wilt
verbranden.
Druk vervolgens op een van de toetsen Select
Cals. (calorieën selecteren). Aandacht: het be
dieningspaneel creëert een aangepaste oefening
gebaseerd op de duur van de oefening en de hoe
veelheid calorieën die u wilt verbranden. U kunt
mogelijk geen hoge hoeveelheden calorieën selec
teren binnen een korte oefeningsduur.
Aandacht: het na te streven calorieën doel is
een schatting van het aantal calorieën dat u tij-
dens de oefening zult verbranden. Het feitelijke
aantal calorieën dat u verbrandt zal van ver-
schillende factoren, zoals uw gewicht, afhan-
gen. Daarnaast, heeft een handmatige wijziging
van de snelheid of de helling van de loopband
tijdens de oefening invloed op het aantal calo-
rieën dat u zult verbranden.
4. Kies een gebruikersgewicht.
Druk op de toenametoets en afnametoets Set
Weight (gewicht instellen) om uw gewicht in te voe
ren. Hierdoor kan het bedieningspaneel het aantal
calorieën dat u wilt verbranden, zo nauwkeurig
mogelijk berekenen. Het bedieningspaneel past het
intensiteitsniveau van de oefening aan afhankelijk
van het ingevoerde gewicht.
5. Start de loopband.
Druk op de toets Go (gaan) om het oefening te
creëren. Druk op de toets Start of de toenametoets
Speed (snelheid) om met de oefening te beginnen.
Kort nadat u op de toets heeft gedrukt, zal de loop
band zich automatisch aanpassen aan de eerste
snelheid en hellingsinstelling van de oefening.
Houd de handleuningen vast en begin te lopen.
Elke oefening is verdeeld in 1minuut segmenten.
Er is één hellinginstelling en één tempoinstelling
geprogrammeerd voor elk segment. Aandacht:
dezelfde snelheids en/of hellinginstelling kan
voor opeenvolgende segmenten geprogrammeerd
worden.
Aan het einde van elk segment zal een reeks ge
luidjes te horen zijn. Als een andere snelheids of
hellinginstelling is geprogrammeerd voor het vol
gende segment, dan zal de snelheids of hellingin
stelling in het display knipperen om u te waarschu
wen. De loopband zal dan automatisch de nieuwe
snelheids of hellinginstelling van het volgende
segment instellen.
De oefening gaat op deze wijze door tot het laatste
segment van het profiel knippert in de display en
het laatste onderdeel stopt. De loopband zal vertra
gen tot deze halt houdt.
Indien de snelheids of hellingsinstelling tijdens de
oefening te hoog of te laag staat, dan kunt u de
instelling handmatig overschrijven door te drukken
op de toetsen Speed (snelheid) en Incline (helling),
als het volgende segment van de oefening be-
gint, dan zal de loopband zich automatisch aan-
passen aan de snelheid en hellinginstellingen
voor het volgende segment.
Druk op de toets Stop om de oefening op enig
moment te stoppen. Om de oefening te hervatten,
drukt u op de toets Start. De loopband zal met een
snelheid van 2 km/u beginnen te draaien. Echter,
als het volgende onderdeel van de oefening begint,
zal de loopband zich automatisch aanpassen aan
de snelheid en hellinginstellingen voor het vol
gende onderdeel.
6. Volg uw voortgang op de schermen.
Zie stap 5 op bladzijde 19.
7. Meet desgewenst uw hartslag.
Zie stap 6 op bladzijde 20.
8. Als u klaar bent met de oefening dient u de
sleutel uit het bedieningspaneel te halen.
Zie stap 7 op bladzijde 20.
21