03
KOELVITRINES
WERKING EN BEDIENING
3.4.
STORING EN OORZAAK
AANWIJZING
Schakel het meubel uit bij een optredend verkeerd functioneren. Neem onmiddellijk contact op met uw leverancier
resp. de fabrikant.
Controleer de onder genoemde punten of neem contact op met uw leverancier of vakhandelaar, als dit niet leidt tot het oplossen
van het probleem.
Defect
Het meubel werkt niet.
Defect
De producten bereiken niet
de gewenste temperatuur.
Technische wijzigingen voorbehouden / Geldig vanaf juli 2021
54
Mogelijke oorzaak
Stroomvoorziening onderbroken.
Geen spanning op het stopcontact.
Elektronica verkeerd ingesteld of
display donker.
Mogelijke oorzaak
Een/meerdere deuren zijn geopend. Sluit deuren, controleer de temperatuur na
Ventilatiegleuven in het meubel zijn
bedekt/door producten versteld.
Verdamperkom verkeerd ingezet.
Ventilatie en ontluchting niet
voldoende.
Temperatuur op het display wijkt af
van de gemeten temperatuur.
Te veel /te warme levensmiddelen.
Gewenste temperatuur te hoog.
Omgevingstemperatuur in de ruimte
te hoog (boven de 25 °C).
Inwerkende tocht van buiten stoort
het circulatiecircuit van de kou-
de lucht (hoofdzakelijk bij open
meubels).
Condensator vuil.
Verdamper sterk bevroren.
Soring koelaggregaat koelcompo-
nenten, koelcircuit defect.
Oplossing
Bevestiging van de randaarde stekker
(bij stopcontact en besturing).
Controleer of de zekeringen intact zijn.
Neem contact op met een servicevakman
/ support.
Oplossing
30 minuten.
Ventilatiegleuven (zie hoofdstuk 3.3).
Leg de verdamperkom er zoals in hoofd-
stuk 4.1.3 in met de opening naar boven.
Waarborg de ventilatie en ontluchting zoals
in hoofdstuk 2.7. Neem indien nodig cont-
act op met een geautoriseerde servicevak-
man / support.
Neem contact op met een servicevakman /
support (sensoraanpassing nodig
(hoofdstuk 3.2.3).
Producten voorkoelen (zie hoofdstuk 1.8),
luchtopeningen vrijleggen (zie hoofdstuk
2.7).
Instellen gewenste temperatuurwaarde (zie
hoofdstuk 3.2.2).
Stel de klimaatregeling van de ruimte af
(zie hoofdstuk 1.8).
Plaats van opstelling niet met sterke tocht,
richtlijnen volgens hoofdstuk 1.8 moeten
opgevolgd worden.
Reiniging van de condensator/condensor
(zie hoofdstuk 4.1.5).
Start de handmatige ontdooiing (zie hoofd-
stuk 2.8) of schakel het meubel enkele
uren uit. Controle: zichtcontrole of de
verdamper van het ijs bevrijd is. Herhaal
anders de ontdooiing!
Neem contact op met een servicevakman
/ support.