4.10 Defi nieer
In de menu's "Defi niëren" staat uit welke componenten
en subsystemen het systeem bestaat.
4.10.1 Def. Systeemtype
Systeemtype
Selecteer "Systeemtype" 1-6. Voor meer informatie over
de zes systeemtypes: zie het hoofdstuk "Installatie van de
leidingen".
Add. Verwarming (E1)
Geef aan of er additionele verwarming (E1) is
aangesloten.
De menubalk wordt weergegeven als "Systeemtype" 2, 3,
4 of 5 is opgegeven.
Houd er rekening mee dat indien E1 wordt gebruikt in
systemen 2, 3 en 4, Verwarmingskring 2 niet geïnstalleerd
kan worden omdat mengklep Y2 wordt gebruikt om
additionele verwarming te mengen.
Houd er ook rekening mee dat EcoLogic "Systeemtype" 5
geen mengklep voor additionele verwarming (E1) heeft.
EcoMiniEl (E3)
Geef op of EcoMiniEl is verbonden.
Deze menubalk wordt weergegeven als "Systeemtype" 2,
3 of 4 is opgegeven.
Add. Verwarming (E2)*
(Nee/0...10V/0...3 stappen/0..7 stappen)
Geef aan of additionele verwarming E2 (0–10 V / 0-3
stappen / 0-7 stappen) is aangesloten.
Deze menubalk wordt weergegeven als "Systeemtype" 2,
3 of 4 is opgegeven.
Warmtepomp voor SWW
Deze menubalk wordt weergegeven als "Systeemtype"
2-6 is opgegeven.
Geef op of Warmtepomp 1 (WP1) of beide
warmtepompen (WP1+WP2) warm water mogen
produceren.
78
CTC EcoLogic L/M
Menu: "Installateur / Defi nieer / A fstandsbediening".
2 (1/2/3/4/5/6)
Ja (Ja/Nee)
Menu: "Installateur/Defi nieer/Systeemtype".
Selecteer 'Systeemtype' en defi nieer additionele warmtebronnen.
Nee (Ja/Nee)
Nee
WP1 (WP1/WP1+WP2)
* Uitsluitend voor CTC EcoLogic L.