② Voer de voor het aanmelden bij NVR gebruikte gebruikersnaam en password in. Deze
gebruiker heeft gebruikersrechten voor schijfbeheer.
③ Vink de schijf aan die u wilt ontsleutelen en wis vervolgens het password.
④ Klik op "Close Encrypt" (Versleuteling afsluiten).
De schijf ontgrendelen: wanneer een versleutelde schijf van een andere NVR wordt
overgedragen, zal deze in vergrendelde status zijn. In dat geval kunt u deze vergrendelde schijf
selecteren en op "Unlock" (Ontgrendelen) klikken. Nadat u het password voor
gegevensversleuteling hebt ingevoerd, zal de status "Read Only" (Alleen lezen) zijn. Het is nu
mogelijk om de gegevens op deze schijf te lezen, maar er kan niets worden geschreven.
Sommige modellen ondersteunen de RAID-functie mogelijk niet. De RAID-instellingen zijn
als volgt. Sla de instellingen voor de fysieke schijf, array en schijfmodus over als de NVR deze
functie niet ondersteunt.
➢
RAID
① RAID inschakelen
(Ga naar Start (Start)→Settings (Instellingen)→Disk (Schijf)→Disk Mode (Schijfmodus))
② Een array aanmaken. (Ga naar Start (Start)→Settings (Instellingen)→Disk (Schijf)→Physical
Disk (Fysieke schijf))
a. Klik op het tabblad "Physical Disk" (Fysieke schijf) en klik vervolgens op "Create an array" (Een
array aanmaken).
b. Voer gebruikersnaam en password in met gebruikersrecht voor Disk Management
(Schijfbeheer). Als u dit gebruikersrecht niet heeft, kunt u gebruikersnaam en password
gebruiken waarmee u bij het systeem aanmeldt (standaard gebruikersnaam: admin; standaard
password: admin).
c. Voer de arraynaam in en selecteer een arraytype (bijvoorbeeld RAID5).
55