⑨
Opname-instellingen. Er zijn twee opnamemodi beschikbaar: Auto (Automatisch) en
Manual (Handmatig).
Auto (Automatisch). Selecteer een modus in de interface zoals hieronder getoond en klik
vervolgens op "Next" (Volgende) om de instellingen op te slaan. Klik op "Advanced" (Geavanceerd)
om de opnamemodus zelf in te stellen.
Manual (Handmatig). Stel voor iedere camera de "Sensor Record" (Opname sensor), "Motion
Record" (Opname beweging) en "Schedule Record" (Geplande opname) in. Klik op "OK" om de
instellingen op te slaan.
⑩
QR-code. Schakel de NAT-functie in de interface in of stel deze in bij de netwerkconfiguratie
na het afsluiten van de wizard. U kunt de QR-code via mobiele client scannen om direct in te
loggen. Klik op "OK" om de instellingen op te slaan.
18