e Nachtportret
Klap de flitser uit voordat u opnamen gaat maken.
Druk op de knop d om Y Uit de hand of Z Statief te selecteren in Nachtportret.
Y Uit de hand (standaardinstelling):
- Terwijl het pictogram e groen oplicht op het opnamescherm, drukt u de ontspanknop
helemaal in om een reeks beelden vast te leggen die worden gecombineerd tot één enkel
beeld en opgeslagen.
- Zodra de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, dient u de camera stevig vast te houden
totdat er een foto wordt weergegeven. Nadat u een foto hebt gemaakt, mag u de camera
niet uitschakelen voordat het opnamescherm weer verschijnt.
- Als het onderwerp beweegt terwijl de camera continu-opnamen maakt, kan het beeld
vervormd raken, overlappen of vaag worden.
Z Statief:
- Eén beeld wordt met een langere sluitertijd vastgelegd wanneer de ontspanknop volledig
wordt ingedrukt.
- Vibratiereductie is uitgeschakeld, zelfs al is Foto VR (A140) in het menu Set-up ingesteld
op Aan.
o Tegenlicht
Druk op de knop d om Aan of Uit te selecteren om de functie voor
HDR-beeldsamenstelling (High Dynamic Range) in of uit te schakelen in HDR, afhankelijk van
de opnameomstandigheden.
Uit (standaardinstelling): De flitser gaat af om te voorkomen dat het onderwerp verborgen
wordt in de schaduw. Maak opnamen met uitgeklapte flitser.
- Druk de ontspanknop helemaal in om één foto te maken.
Aan: Gebruik deze optie bij het maken van foto's met zeer lichte en donkere gebieden in
hetzelfde beeld.
- Als de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, maakt de camera continu opnamen en
worden de volgende twee beelden opgeslagen.
- Een niet-HDR samengesteld beeld
- Een samengesteld HDR-beeld waarin het verlies van details in hoge lichten of schaduwen
tot een minimum beperkt is
- Als er niet voldoende geheugen beschikbaar is om één beeld op te slaan, wordt alleen een
beeld dat is verwerkt via D-Lighting (A75) op het moment van de opname en waarin
donkere gebieden zijn gecorrigeerd opgeslagen.
- Zodra de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, dient u de camera stevig vast te houden
totdat er een foto wordt weergegeven. Nadat u een foto hebt gemaakt, mag u de camera
niet uitschakelen voordat het opnamescherm weer verschijnt.
- De beeldhoek (oftewel het gebied dat zichtbaar is in het kader) in het opgeslagen beeld is
mogelijk smaller dan u ziet op het opnamescherm.
- Onder bepaalde opnameomstandigheden kan donkere schaduw zichtbaar worden rond
lichte onderwerpen of kunnen lichte gebieden zichtbaar worden rond donkere
onderwerpen.
Opnamefuncties
Onderwerpstand (opname maken in specifieke opnameomstandigheden)
38