AR
Als het indicatielampje nu groen is, bevindt
de breuk zich ergens in de draad tussen
het losgekoppelde uiteinde en het punt waar
de nieuwe draad is aangesloten (dikke zwarte
lijn hieronder). Verplaats de aansluiting voor
de nieuwe draad in dat geval dichter bij het
losgekoppelde uiteinde (grofweg in het midden van
het verdachte draaddeel) en controleer opnieuw of
het indicatielampje groen is.
1201 - 007 - 20.02.2023
Ga zo verder totdat er nog een heel kort stuk
draad over is, wat het verschil betekent tussen een
constant groen licht en een knipperend blauw licht.
Volg vervolgens de instructies in stap 5 hieronder.
4.
Als het indicatielampje in stap 3 hierboven blauw
blijft knipperen: Zet en terug in hun oorspronkelijke
posities. Verwissel vervolgens en . Als het
indicatielampje nu continu groen brandt koppel
dan los en sluit een nieuwe begrenzingsdraad
aan op . Sluit het andere uiteinde van de nieuwe
draad aan op een punt in het midden van het
vermoedelijk defecte deel van de draad. Volg
dezelfde procedure als bij 3a) en 3 b) hierboven.
5.
Wanneer de breuk is gevonden, moet het
beschadigde deel worden vervangen door een
nieuw stuk draad. Gebruik altijd originele
koppelingen.
Probleemoplossing - 49