Soort fout
Het besturingssysteem start niet
op.
De computer geeft een aantal
geluidssignalen voordat het
besturingssysteem wordt
gestart.
Procedure voor verhelpen van problemen
Gebruik de volgende procedure als beginpunt bij het opsporen van problemen met de computer:
1. Controleer of de kabels van alle aangesloten apparatuur correct en stevig zijn bevestigd.
2. Controleer of alle netsnoeren van apparatuur met een eigen netvoeding zijn geplaatst in geaarde,
goed werkende stopcontacten.
3. Controleer of alle aangesloten apparaten zijn ingeschakeld in de BIOS-instellingen van uw computer.
Informatie over toegang tot en het wijzigen van de BIOS-instellingen vindt u in 'Werken met het
programma Setup Utility' op pagina 31.
4. Ga naar 'Problemen oplossen' op pagina 45 en volg de instructies voor het type probleem dat u
ondervindt. Als de informatie voor het oplossen van problemen u geen mogelijke oplossing aanreikt,
ga dan verder met de volgende stap.
5. Als u een wijziging in de hardware of software hebt aangebracht waardoor het probleem zou kunnen
worden veroorzaakt, probeer dan of een eerder vastgelegde configuratie wel werkt. Voordat u een
eerdere configuratie terugzet, moet u eerst de actuele configuratie vastleggen voor het geval de
instellingen van de oudere configuratie het probleem niet oplossen of zelfs een nadelige invloed hebben.
U herstelt als volgt een eerder vastgelegde configuratie:
a. Open op een van de volgende manieren Configuratiescherm:
• Windows 7: klik op de knop Start om het Start-menu te openen en klik vervolgens op
Configuratiescherm.
• Windows 8.1: Zie 'Configuratiescherm vanuit het besturingssysteem Windows 8.1 openen' op
pagina 19.
• Windows 10: klik met de rechtermuisknop op de knop Start om het Start-contextmenu te openen
en klik vervolgens op Configuratiescherm.
b. Bekijk Configuratiescherm met grote of kleine pictogrammen en klik vervolgens op Herstel ➙
Systeemherstel starten.
c. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Als het probleem blijft bestaan, gaat u verder met de volgende stap.
6. Voer het diagnoseprogramma uit. Zie 'Lenovo Solution Center' op pagina 54 voor meer informatie.
• Als het diagnoseprogramma een hardwarefout ontdekt of als u het diagnoseprogramma niet
kunt uitvoeren, neemt u contact op met het Klantsupportcentrum van Lenovo. Zie Hoofdstuk 10
'Informatie, hulp en service' op pagina 73 voor meer informatie.
• Als het diagnoseprogramma geen hardwarestoring detecteert, gaat u verder met de volgende stap.
7. Gebruik een antivirusprogramma om te controleren of uw computer is besmet met een virus. Als het
programma een virus ontdekt, verwijdert u dat virus.
8. Als geen van deze acties een oplossing biedt, roept u technische assistentie in. Zie Hoofdstuk 10
'Informatie, hulp en service' op pagina 73 voor meer informatie.
44
ThinkCentre E63z Gebruikershandleiding
Zorg ervoor dat in de opstartvolgorde het apparaat is opgenomen waarop het
besturingssysteem is geïnstalleerd. Meestal is het besturingssysteem geïnstalleerd
op het vaste-schijfstation. Meer informatie vindt u in 'Een opstartapparaat kiezen'
op pagina 33.
Controleer of er geen toetsen klemmen.
Handeling