– Windows 8.1: open het Configuratiescherm. Bekijk Configuratiescherm met grote of kleine
pictogrammen en klik vervolgens op Bestandsgeschiedenis. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Opmerking: Raadpleeg 'Configuratiescherm vanuit het besturingssysteem Windows 8.1 openen' op
pagina 19 voor gedetailleerde informatie over hoe u het Configuratiescherm in Windows 8.1 kunt
openen.
– Windows 10: klik met de rechtermuisknop op de knop Start om het Start-contextmenu te openen en
klik vervolgens op Configuratiescherm. Bekijk Configuratiescherm met grote of kleine pictogrammen
en klik vervolgens op Bestandsgeschiedenis. Volg de aanwijzingen op het scherm.
• Maak zo snel mogelijk een herstelmedium. U kunt het herstelmedium gebruiken om uw besturingssysteem
te herstellen zelfs als Windows niet start.
Ga als volgt te werk om een herstelmedium te maken:
– Windows 7: open het programma Create Recovery Media. Zie 'Een programma op uw computer
openen' op pagina 10. Raadpleeg het Help-systeem van het programma voor meer informatie over
het maken van een herstelmedium.
– Windows 8.1: open het Configuratiescherm. Bekijk Configuratiescherm met grote of kleine
pictogrammen en klik vervolgens op Systeemherstel. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Opmerking: Raadpleeg 'Configuratiescherm vanuit het besturingssysteem Windows 8.1 openen' op
pagina 19 voor gedetailleerde informatie over hoe u het Configuratiescherm in Windows 8.1 kunt
openen.
– Windows 10: klik met de rechtermuisknop op de knop Start om het Start-contextmenu te openen en
klik vervolgens op Configuratiescherm. Bekijk Configuratiescherm met grote of kleine pictogrammen
en klik vervolgens op Systeemherstel. Volg de aanwijzingen op het scherm.
• In geval van Windows 7 maakt u zo snel mogelijk een noodherstelmedium. Gebruik het
noodherstelmedium om fouten te herstellen die het onmogelijk maken om toegang te krijgen tot het
werkgebied van Rescue and Recovery op het opslagstation.
Om een noodherstelmedium te maken, opent u het programma Rescue and Recovery. Zie 'Een
programma op uw computer openen' op pagina 10. Raadpleeg het Help-systeem van het programma
voor meer informatie over het maken van een noodherstelmedium.
De computer vervoeren
Neem bij het vervoeren van de computer de volgende voorzorgsmaatregelen in acht:
1. Maak een back-up van alle bestanden en gegevens op het vaste-schijfstation. Er zijn allerlei
programma's voor het maken van reservekopieën in de handel. Als u het besturingssysteem Windows 7
gebruikt, levert Lenovo het programma Rescue and Recovery, zodat u een reservekopie van gegevens
kunt maken en deze kunt herstellen. Zie 'Back-up- en herstelbewerkingen uitvoeren' op pagina 56.
2. Verwijder alle media van uw computer, zoals schijven, USB-opslagapparaten, geheugenkaarten
enzovoort.
3. Zet de computer en alle randapparatuur uit. De lees/schrijfkop van het vaste-schijfstation wordt
automatisch naar een gebied zonder gegevens verplaatst. Hierdoor wordt beschadiging van het
vaste-schijfstation voorkomen.
4. Haal alle stekkers uit het stopcontact.
5. Haal alle communicatiekabels, zoals modem- en netwerkkabels, uit de aansluitingen en haal vervolgens
de andere uiteinden uit de computer.
6. Onthoud waar eventuele overige kabels op de computer aangesloten zijn en verwijder de kabels.
7. Als u het originele verpakkingsmateriaal hebt bewaard, kunt u de onderdelen hierin verpakken. Als u
gebruikmaakt van andere dozen, moet u de onderdelen eerst afzonderlijk goed inpakken, zodat ze
niet beschadigd raken.
42
ThinkCentre E63z Gebruikershandleiding