BELANGRIJKE INFORMATIE 1.3 Beveiliging Het voedingsstroomcircuit van compressoren moet door middel van een 1. ENKELE OPMERKINGEN zekering volgens EN 60269 (IEC 269) of DIN VOORAF VDE 0635 of 0638 c.q. door middel van een veiligheidsschakelaar volgens EN 60898 (IEC 898) worden beveiligd. 1.1 Veiligheidsinstructies Stroomwaarde: De compressor behoort volgens de Duitse...
3. LEVERBARE TYPEN voor Tornado 130 R ..... 5110-500-00 Geluidsdempkast Tornado 70 S voor Tornado 70 S / 130 S ... 5510-500-00 Type 5430-11 (230 V, 50-60 Hz) 1 cil.-compressor Type 5430-21 (110 - 115 V, 50-60 Hz) 1 cil.-compressor Type 5431-11 (230 V, 50-60 Hz) 1 cil.-compressor met DRL...
7. WERKING tankdruk van 7,5 bar is bereikt. Bij compressoren zonder DRL bevindt zich in de drukschakelaar een ontlastingsklep. Om te 7.1 Schematische weergave van de voorkomen dat het compressoraggregaat werking tegen de druk in moet werken, wordt de lucht tussen terugslagklep en compressoraggregaat aanzuigfilter via deze klep weggeblazen.
MONTAGE 8. INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN 1.De compressor dient volgens de Duitse druktanksverordening zo opgesteld te worden dat het typeplaatje altijd moeiteloos leesbaar is..2.De compressor mag niet worden gebruikt in ruimten waar explosiegevaar bestaat! 3.De compressor moet geïnstalleerd worden in een stofvrije, droge en koele ruimte.
9. INSTALLATIE 9.1 Persluchtaansluiting De compressor is standaard uitgerust met een armaturenunit die bestaat uit een drukschakelaar (1), een manometer (2), een veiligheidsklep (4) en een snelkoppeling (5) voor aansluiting aan een flexibele drukslang LW10. Daarnaast is de armaturenunit voorzien van een aftapkraan (6) waarmee condenswater uit de tank afgetapt kan worden.
9.3 Elektrische aansluiting De aansluiting op het elektriciteitsnet dient te gebeuren volgens de VDE of de overeenkomstige nationale voorschriften. Bovendien moeten de voorschriften van het plaatselijke elektriciteitsbedrijf in acht worden genomen. De netspanning en de frequentie moeten de op het typeplaatje aangegeven waarden hebben.
9.5 Drukschakelaar instellen (MDR 3) De tankdruk is in de fabriek ingesteld. • Bij 5,5 bar slaat het aggregaat AAN. • Bij 7,5 bar slaat het aggregaat AF. Indien nodig kan de werkdruk van de compressor met behulp van de drukschakelaar worden aangepast.
9.7 Condenswater Tijdens het transport kan er door temperatuurverschillen in de tank condens gevormd worden. Daarom dient bij installatie van de compressor altijd eerst het condenswater afgetapt te worden, ook bij compressoren met DRL. Ga hiertoe als volgt te werk: •...
10.3 Aanzuigfilter vervangen Na hoeveel tijd de aanzuigfilter (16) vervangen moet worden, is vooral afhankelijk van het stofgehalte van de lucht. Normaalgesproken is het voldoende het filterpatroon eens per jaar te vervangen. Bestelnr.: 9000-416-31 Haal de stroom van de compressor af (haal de netsteker uit het stopcontact).
11. TIPS VOOR HET OPSPOREN VAN GEBREKEN 1. De compressor slaat niet aan a) Er is geen netspanning • Controleer de netbeveiliging, druk de automaat eventueel in (als er een smeltveiligheid defect is, vervang deze dan). b) De drukschakelaar staat niet aan •...
3. De compressor slaat af en toe aan zonder dat een verbruiksapparaat lucht ontneemt a) Aan de onderkant ontsnapt er lucht via de droge-luchtinstallatie • De droge-luchtinstallatie bevindt zich in de regeneratiefase, de luchtvochtigheid in de tank wordt verlaagd. b) Er ontsnapt lucht via de ontluchtingsklep (terugslagklep lek) (alleen bij compressoren zonder DRL) •...