Drijfriemen van
maaimessen vervangen
Onderhoudsinterval: Na de eerste 50 bedrijfsuren
De drijfriemen van de maaimessen, die worden
gespannen door de veerbelaste spanpoelie, zijn
vervaardigd van zeer duurzaam materiaal. De riemen
zullen echter na vele bedrijfsuren tekenen van slijtage
gaan vertonen. Tekenen dat een riem aan het slijten
is, zijn: gieren tijdens het draaien van de riem,
als de messen slippen tijdens het maaien, slechte
maaikwaliteit, gerafelde randen, schroeiplekken en
scheuren. Vervang de riemen als u deze zaken
constateert.
1.
Zet de maai-eenheid op de maaihoogte-instelling
van 1 inch, zet de gashendel op L
schakel de motor uit, stel de parkeerrem in
werking en verwijder het sleuteltje.
2.
Verwijder de drijfriemkappen die boven op het
maaidek zitten. Zet de drijfriemkappen weg.
3.
Trek de spanpoelie weg van de bovenste
drijfriem
(Figuur
20) om deze te ontspannen
en laat de drijfriem loskomen van de poelies.
Gebruik hiervoor een onderbrekerstang of
soortgelijk gereedschap.
Figuur 20
1. Bovenste riem
2. Bovenste spanpoelie
4.
Leg de nieuwe riem rond de poelie van de
tandwielkast, de onderste aspoelies en de
spanpoelie, zoals wordt getoond in
5.
Leg de nieuwe riem rond de bovenste aspoelies
en de spanpoelie, zoals wordt getoond in
20.
6.
Smeer alle smeerpunten van de maaier en de
aandrijving van de maai-eenheid.
7.
Plaats de drijfriemkappen terug.
,
ANGZAAM
g004486
3. Onderste riem
4. Onderste spanpoelie
Figuur
20.
Figuur
Onderhoud van de
maaimessen
Zorg gedurende het hele maaiseizoen voor scherpe
maaimessen. Scherpe messen snijden het gras
goed af zonder het te scheuren of te kwetsen. Door
scheuren en kwetsen wordt het gras bruin aan de
randen, waardoor het langzamer groeit en gevoeliger
is voor ziekten.
Controleer elke dag of de maaimessen scherp zijn en
of ze versleten of beschadigd zijn. Slijp de messen
indien dit nodig is. Als een mes beschadigd of
versleten is, moet u het onmiddellijk vervangen door
een origineel Toro mes.
Veiligheid van de messen
Een versleten of beschadigd mes kan breken en
een stuk van het mes kan worden uitgeworpen in de
richting van de bestuurder of omstanders en ernstig
lichamelijk of dodelijk letsel toebrengen.
•
Controleer op gezette tijden het maaimes op
slijtage of beschadigingen.
•
Wees voorzichtig als u de messen controleert.
Omwikkel de maaimessen of draag
handschoenen en wees voorzichtig als u
onderhoudswerkzaamheden aan de maaimessen
verricht. De maaimessen mogen alleen worden
vervangen of geslepen, probeer ze nooit recht te
maken of er aan te lassen.
•
Let op dat bij machines met meerdere maaimessen
andere messen kunnen gaan draaien doordat u
1 mes draait.
De maaimessen controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
1.
Schakel de aftakas uit, laat het tractiepedaal los
en stel de parkeerrem in werking.
2.
Zet de gashendel in de stand L
de motor uit, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende delen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurdersstoel
verlaat.
3.
Controleer de snijranden
de snijranden niet scherp zijn of inkepingen
vertonen, moet u de messen verwijderen en
deze slijpen. Zie Maaimessen slijpen (
maaimessen slijpen (bladz.
4.
Controleer de messen, in het bijzonder de
vleugel
(Figuur
of groefvorming in dit deel constateert
21), moet u het mes direct vervangen.
19
ANGZAAM
(Figuur
21). Als
21)).
21). Als u beschadiging, slijtage
, schakel
De
(Figuur