2.
Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het
contact.
3.
Haal de veerbelasting van de koppelingsarm.
4.
Verwijder de moer waarmee de bout van de
veerbevestigingsstang vastgemaakt is aan de
koppelingsarm
(Figuur 42
Figuur 42
1. Bevestigingsstang van
veer
2. Bout
Figuur 43
SR54, SR54-S, SR70 en SR70-S
1. Bevestigingsstang van
veer
2. Bout
5.
Verwijder de bout van de bevestigingsstang en
de bevestigingsstang van de koppelingsarm, en
steek ze in een andere opening
Figuur
43).
6.
Monteer de moer waarmee de bout van de
veerbevestigingsstang vastgemaakt is aan de
koppelingsarm.
of
Figuur
43).
SR72
3. Veerklem
3. Veerklem
(Figuur 42
7.
Herstel de veerbelasting van de koppelingsarm.
Transport
Voor transport moet u de beluchter omhoogbrengen
en de aftakas uitschakelen. Rijd langzaam en schuin
over steile hellingen, benader oneffen gebied met
verminderde snelheid en rijd voorzichtig over glooiend
terrein om te voorkomen dat u de controle over de
machine verliest.
Belangrijk:
Rij niet sneller dan 24 km/uur.
Veiligheid na het werk
•
Zorg ervoor dat alle onderdelen van de
machine in goede staat verkeren en alle
bevestigingselementen stevig vastzitten.
•
Vervang versleten, beschadigde en ontbrekende
stickers.
g024284
Inspectie en reiniging na
gebruik
Na gebruik moet u de machine schoonspoelen
met een tuinslang zonder spuitmond, zodat de
afdichtingen en lagers niet worden beschadigd of
verontreinigd raken als gevolg van een te hoge
waterdruk. U kunt een borstel gebruiken om
opgehoopt materiaal te verwijderen. Gebruik een mild
reinigingsmiddel om de kappen schoon te maken.
Smeer na reiniging alle aandrijflijnen en rollagers en
controleer de machine op beschadiging, olielekken en
slijtage van de onderdelen en tanden. Breng geen
olie aan op de aandrijflijn met O-ringen.
Verwijder, reinig en olie de tanden. Spuit een dun
laagje olie op de lagers van de beluchtingskop
(verbindingen van kruk en demper).
Reinig de veren en breng een laagje droog
g024285
smeermiddel als grafiet of siliconen aan.
Tips voor bediening en
gebruik
•
Neem reservetanden, veerdraden, veren en
werktuigen mee voor het geval er tanden
beschadigd raken door contact met vreemde
voorwerpen.
of
•
Schakel de aftakas in bij een laag motortoerental.
Verhoog het motortoerental om het gewenste
aftakastoerental van 400 tot maximaal 460 tpm te
bereiken en breng vervolgens de beluchter omlaag.
29