► Draagkabel zo ver laten zakken tot het
reservewiel uit de reservewielhouder
kan worden verwijderd.
ü
Het reservewiel is gedemonteerd.
Reservewiel monteren
► Leg het reservewiel onder de draagka-
bel.
► De draagkabel zo ver laten zakken tot
de reservewielhouder aan de velg kan
worden bevestigd.
► Handslinger met de klok mee draaien
en het reservewiel met de lier lang-
zaam heffen, totdat de draagkabel
enigszins gespannen is.
► Buismoeren met de beveiligingsstang
met de klok mee erin draaien.
► Beveiligingsstang in de buismoeren
plaatsen.
► Beveiligingsstang met de borgveer
borgen.
► Eventueel zijdelingse afscherming
naar beneden klappen
lingse afscherming", p. 48)
ü
Het reservewiel is gemonteerd.
5.16.3 Reservewiel in opbergkast voor
pallets
Draaischamelaanhangers kunnen een re-
servewiel in de opbergkast voor pallets
hebben. Bij deze uitvoering is het reserve-
wiel met een uitschuifhouder in de opberg-
kast voor pallets bevestigd.
Reservewiel demonteren
► Open de opbergkast voor pallets
"5.18 Opbergkast voor pallets", p. 53)
► Hef de uitschuifhouder uit de vergren-
delingen.
► Verwijder het reservewiel.
ü
Het reservewiel is gedemonteerd.
Reservewiel monteren
► Plaats het reservewiel op de uitschuif-
houder.
Bedieningshandleiding • Box Carrier • 505410622-02 • 05/2021
(zie "5.15 Zijde-
.
(zie
.
BEDIENING ONDERSTEL
► Uittrekbare houder met het reservewiel
in de vergrendeling omhoog trekken
en in de opbergkast voor pallets schui-
ven.
► Borg het reservewiel tegen wegglijden.
► Sluit de opbergkast voor pallets
"5.18 Opbergkast voor pallets", p. 53)
ü
Het reservewiel is gemonteerd.
5.16.4 Reservewiel vervangen
!
WAARSCHUWING
Risico op ongevallen door losse wiel-
moeren!
Niet-correct vastgedraaide wielmoeren
kunnen tijdens het rijden losraken en tot
zware ongevallen leiden.
► Haal de wielmoeren met het overeen-
komstige aandraaimoment aan.
► Controleer de wielmoeren direct na el-
ke vervanging van de wielen en na de
eerste belaste rit.
!
WAARSCHUWING
Gevaar voor ongevallen door onveilige
stand en wegrollen!
Onopzettelijke bewegingen van de aan-
hanger kunnen ernstig letsel en materiële
schade veroorzaken.
► Aanhanger door het bedienen van de
parkeerrem tegen wegrollen beveili-
gen.
► Aanhanger met de stopwiggen tegen
wegrollen beveiligen.
► Aanhanger op een vaste ondergrond
neerzetten om wegzakken of kantelen
te vermijden.
► Bij de aanhanger in opgezadelde/af-
gezadelde toestand op de stabiliteit
letten. Indien noodzakelijk extra on-
dersteuningen gebruiken.
(zie
.
51