Meetprincipe
6
Symbolen in afbeeldingen
Symbool
Betekenis
1, 2, 3, ...
Positienummers
,
,
, ...
Handelingsstappen
1.
2.
3.
A, B, C, ...
Afbeeldingen
A-A, B-B, C-C, ...
Doorsneden
Explosiegevaarlijke omgeving
-
Veilige omgeving (niet-explosiegevaarlijke omgeving)
.
Doorstroomrichting
Werking en systeemopbouw
Het meetprincipe is gebaseerd op het geregeld opwekken van Coriolis-krachten. Deze krachten zijn
altijd aanwezig in een systeem wanneer translatie- en rotatiebewegingen worden gesuperponeerd.
F
= 2 · ∆m (ν · ω)
c
F
= Coriolis-kracht
c
∆m = bewegende massa
ω = hoeksnelheid
ν = radiale snelheid in roterend of oscillerend systeem
De amplitude van de Coriolis-kracht hangt af van de bewegende massa ∆m, de snelheid ν daarvan in
het systeem en dus van de massaflow. In plaats van een constante hoeksnelheid ω, gebruikt de
sensor oscillatie.
In de sensor oscilleren twee parallelle meetbuizen die het stromende medium bevatten, in tegenfase,
werkend als een stemvork. De gegenereerde Coriolis-krachten aan de meetbuizen veroorzaken een
faseverschuiving in de buisoscillatie (zie afbeelding):
• Bij nul doorstroming (wanneer het medium stilstaat) oscilleren de twee buizen in fase (1).
• Massaflow veroorzaakt een vertraging van de oscillatie aan de inlaat van de buizen (2) en een
versnelling aan de uitlaat (3).
1
Het faseverschil (A-B) wordt grotere naar mate de massaflow toeneemt. Elektrodynamische
sensoren registreren de buisoscillaties aan de inlaat en de uitlaat. De systeembalans wordt
gewaarborgd door de oscillatie in tegenfase van de twee meetbuizen. Het meetprincipe is
onafhankelijk van temperatuur, druk, viscositeit, geleidbaarheid en doorstroomprofiel.
Proline Promass E 300
2
Endress+Hauser
3
A0028850