Positie
52
22
Installatie in een zakleiding (bijv. in batchapplicaties)
1
Toevoertank
2
Sensor
3
Vernauwing, leidingrestrictie
4
Klep
5
Batchtank
DN
[mm]
8
15
25
40
50
80
De richting van de pijl op de typeplaat van de sensor geeft de doorstroomrichting van het medium
aan.
A
Verticale inbouwpositie
B
Horizontale inbouwpositie,
transmitter aan bovenzijde
C
Horizontale inbouwpositie,
transmitter aan onderzijde
D
Horizontale inbouwpositie,
transmitter aan zijkant
1)
Deze inbouwpositie wordt aanbevolen om zelflozing te waarborgen.
2)
Applicaties met lage procestemperatuur kunnen de omgevingstemperatuur verlagen. Teneinde de
minimale omgevingstemperatuur voor de transmitter te waarborgen, is deze inbouwpositie aan te bevelen.
3)
Applicaties met hoge procestemperatuur kunnen de omgevingstemperatuur verhogen. Teneinde de
maximale omgevingstemperatuur voor de transmitter te waarborgen, is deze inbouwpositie aan te bevelen.
1
2
3
4
5
Ø vernauwing, leidingrestrictie
[in]
[mm]
³⁄₈
6
½
10
1
14
1½
22
2
28
3
50
Positie
Proline Promass E 300
A0028773
[in]
0,24
0,40
0,55
0,87
1,10
1,97
Aanbeveling
1)
A0015591
2)
Uitzonderingen:
→ 23, 53
A0015589
3)
Uitzonderingen:
→ 23, 53
A0015590
A0015592
Endress+Hauser