Inhoudsopgave
Advertenties
Elektrische aansluiting
Algemeen
E
Bij de elektrische aansluiting van de
warmtepomp dient men zich aan de
betreffende SEV, EN en IEC-normen
te houden, evenals aan de betreffende
VDE-richtlijnen.
Bovendien moeten de aansluitingseisen
van het plaatselijke energiebedrijf in
acht worden genomen.
E
Voor elke elektrische aansluiting of
ingreep beslist de stroomtoevoer naar
het apparaat onderbreken. Voor de
elektrische aansluiting moet op het
apparaat de bovenste deksel worden
verwijderd. Daarvoor moeten vier
inbusschroeven op de achterste
bovenste afdekplaat worden losgedraaid,
daarna moet de deksel er naar boven
worden uitgepakt.
De spanningsvoorziening vindt plaats
via de invoer van de kabelschroef-
verbinding aan de achterzijde van de
warmtepomp. Alle andere eventuele
besturingsaansluitingen zoals
stromingssensor, thermostaat voor
bescherming tegen vorst en
temperatuursensor gebeuren via de
achterzijde van de warmtepomp.
E
Vermogentoevoer naar de schakel-
kast
In de vermogensvoorziening voor de
warmtepomp moet een hoofdschakelaar
resp. een alpolige uitschakeling met
tenminste 3 mm contactopeningsafstand
en ook een 3-polige zekeringsautomaat,
met gemeenschappelijk ontkoppeling
van alle buitenste geleiders zijn
aangebracht.
Voor afschakelstroom zie technische
gegevens of typeplaat op de achterzijde
van de warmtepomp! De netkabels
moeten voldoen aan een diameter die
overeenkomt met het vermogen van het
apparaat volgens de daarvoor geldende
normen.
14
Advertenties
Inhoudsopgave
