De gasgestookte luchtverwarmer kan worden geïnstalleerd
als een gesloten toestel type C. In dergelijk geval is zowel
een
verbrandingsluchttoevoer-
verbrandingsgasafvoersysteem vereist (gebruik hiervoor een
naadloze aluminium buis). Als het toestel wordt geïnstalleerd
als een type B waarbij de verbrandingslucht uit de te
verwarmen ruimte wordt aangezogen, dient er enkel een
verbrandingsgasafvoersysteem te worden voorzien.
De centerafstand tussen de verbrandingsluchttoevoerpijp en
de verbrandingsgasafvoerpijp bedraagt 140 mm voor het
model 8030 06 en 225 mm voor alle andere modellen.
Elke toepassing vereist haar eigen gasafvoersysteem. Het
gebruik
van
gemeenschappelijke
verbrandingsgasafvoersystemen
verboden.
BELANGRIJK:
-Het is noodzakeijk alle rookgassen naar buiten af te voeren.
-De schoorsteeninstallatie moet voldoen aan alle nationale en
plaatselijke voorschriften.
-Een foutieve installatie kan de dood, verwondingen en
materiële schade tot gevolg hebben.
-Om een optimale werking van het toestel te verzekeren is
het noodzakelijk te zorgen voor een degelijk rookgasafvoer- &
luchttoevoersysteem. Ook dient het toestel onderworpen te
worden aan regelmatige inspecties.
3.6.1 Installatie als type B toestel
Als het toestel wordt geïnstalleerd als een type B, d.w.z. dat
de verbrandingslucht uit de te verwarmen ruimte wordt
aangezogen, moet er gezorgd worden voor een voldoende
aanvoer van verse lucht, en dit in overeenstemming met alle
van toepassing zijnde reglementeringen.
De verbrandingsluchttoevoerpijp van het toestel moet
voorzien
zijn
van
beschermklasse IP20(1)
(1) dia 130 = PN 02 25094
dia 100 = PN 02 25090
In tabel 4 vindt u de te respecteren schoorsteendiameter en
maximum lengte van de afvoerpijp (minimum lengte
afvoerpijp = 0.5 meter).
Om lekkage te vermijden, is het noodzakelijk enkelwandige
lekdichte pijpen van naadloos aluminium te gebruiken en
ervoor te zorgen dat alle verbindingen degellijk afgedicht zijn.
Een gekeurde schoorsteenkap (geïnstalleerd door het dak of
door de muur) is vereist.
Wanneer er gebruik wordt gemaakt van een dak- of
muurdoorvoer, dan mogen hiervoor uitsluitend gekeurde
producten worden gebruikt.
.
1110RHC8DJL_RJL_BENL/NLNL
als
luchttoevoer-
wordt
ten
strengste
een
afschermrooster
DJL M
ODEL
Tabel 4 Schoorsteendiameter en maximum lengte
een
Type RHC
Aansluitdia (mm)
Centerafstand B
(mm)
Max. rechte lengte
tussen toestel en
muur/dakdoorvoer
(m)
Equivalente lengte
voor een 90° bocht.
(m)
Tevens dienen alle materialen voldoende warmtebestendig te
&
zijn. Bescherm afvoeren doorheen wanden of spouwen met
een niet-brandbaar omhulsel en respecteer hierbij een
luchtspleet van 25mm.
Een minimumafstand van 50mm tussen de afvoerleiding en
het ontvlambaar materiaal moet in acht genomen worden.
Controleer dat er zich in de omgeving van de afvoerleiding
geen brandbaar materiaal bevindt waarvan de temperatuur
kan oplopen tot 65°C en meer.
Aandacht
Om condensvorming te vermijden dient de afvoer niet in een
koude omgeving of tegen een buitenmuur gemonteerd te
worden. Wanneer rookgasafvoersystemen toch onderhevig
kunnen zijn aan uiterst koude omstandigheden moet men
rekening houden met evenuele condensvorming. Voorzie in
dit geval een afvoerkanaaltje zodat het condenswater kan
wegvloeien. De condensafvoer, waarvan de diameter
minimum 20 mm bedraagt, dient vervaardigt te zijn uit een
niet-corrosief materiaal. Gebruik van koper/ koperlegering
wordt ten zeerste afgeraden.
3.6.2 Installatie als type C toestel
Toestellen ontworpen voor binnenbouw en geïnstalleerd als
met
type C, moeten voorzien worden van een rookgasafvoer-en
verbrandingsluchttoevoersysteem.
Enkel de voorgeschreven en gekeurde concentrische dak- of
muurdoorvoeren mogen worden gebruikt (zie tabel 5)
behalve voor de RHC 8225M 18, 8250M 20, 8275M 22 &
8300M 24.
zonder concentrische dak- of muurdoorvoeren. Er moet
speciale aandacht besteed worden om het hercirculeren van
rookgassen te vermijden. Zie ook § 4.1.3.
Gebruik enkel verbindingspijpen vervaardigd uit naadloos
aluminium en voorzien van afdichtingsringen. Alle van
toepassing zijnde reglementeringen dienen stipt te worden
nageleefd. Voorzie een gastestnippel op de uitlaatpijp (op
ongeveer 450 mm van het toestel).
Indien meerdere toestellen worden geïnstalleerd in een zelfde
ruimte, dan dient elk toestel te worden uitgerust met een
individuele rookgasafvoerpijp.
Volg alle voorschriften/aanbevelingen i.v.m. afdichtingen,
verbindingsstukken, e.d. stipt op
8225M,8250M
8030
8275M,8300M
100
150
140
225
9
1.5
1.5
Deze laatste moeten worden geïnstalleerd
Andere
130
225
9
9
1.5
15/38